Cerca Carvajal, 27 jaar later

Terug naar de werkplek van weleer

Tussen 1974 en 1980 werkten Lieve Cabus en Rhoddy Petit als ontwikkelingswerkers in Haïti in samenwerking met de missionarissen van Scheut. In Cerca Carvajal, een parochie van het bisdom Hinche, waarvan de gelijknamige hoofdstad tevens de departementshoofdstad van het Plateau Central is, waren landbouwvorming voor jongeren en herbebossing hun opdracht. Ze kregen er ook twee kinderen, Liesbet en David, respectievelijk 34 en 8 maanden toen ze terugkeerden naar het vaderland. Met Liesbet waren ze rond Pasen 1996 kort in Haïti. David was deze grote vakantie aan de beurt voor een bewustere kennismaking met zijn geboorteland. Voor Lieve en Rhoddy een moment om de veranderingen waar te nemen waar de mensen al zo lang naar uitkeken, met nóg meer nadruk sinds 1986. Hierbij hun getuigenis.

In juli zitten we midden in het regenseizoen, het landschap is dan hoopgevend groen en met de wagen laten we ook geen verstikkende stofwolk achter voor iedereen die te voet of op ezel, paard of muilezel op weg is. Integendeel, tussen Hinche en Colladère glijden we af en toe weg in de diepe plassen, gelukkig staat de Landrover hoog op zijn ‘poten’ en zijn de banden in goede staat. Het is of we deze weg gisteren nog deden, zo herkenbaar zijn de ravijnen, de afdalingen, de hellingen en de platte stukken.

Na de zware politieke en economische tijden, waarin de Haïtiaanse bevolking steeds verder weggleed in armoede, hadden we verwacht nog nauwelijks een boom te zien in het landschap. Houtskool was voor veel boeren immers nog een laatste mogelijkheid om geld in het laatje te brengen. Een groot pak van ons hart toen we konden vaststellen, althans wat dit stuk van het Centrale Plateau betreft, dat de vele herbebossingprojecten toch voldoende bewustzijn en bomen hebben opgeleverd om een soort status-quo te houden, al is dat natuurlijk op termijn onvoldoende.

Wegen en andere projecten

Als we in Colladère rechts afslaan, begint het wel te kriebelen, nog een kilometer of tien en het dorp Cerca moet van op de Kingey, een berg waarvan we de naam toch al enkele jaren kwijt waren, in zicht komen. Er lijkt ons geen steen verlegd, het blijft een uurlange rit van hotsen en botsen. Elk stukje weg is helemaal herkenbaar… alleen de twee ergste trappen van de Vieuw Barrière-helling, dé hindernis van deze weg waarop meer dan één as werd stuk gereden, kregen een aangepaste betonbekleding – we spreken over een oppervlakte van maximaal twintig vierkante meter.

Als we de Kingey afrijden, geen zicht op het dorp, enkel de witte kerktoren zien we, de reden zou pas bij de wandelingen in het dorp tot ons doordringen: de meeste mensen hebben op hun klein erf meerdere bomen gepland en leven nu in de verfrissende schaduw. Rond 16 uur komen we aan de Samana, de rivier vlak voor het dorp, nog steeds zonder brug. Hogerop had het duidelijk goed geregend en de Samana was wassend. Het niveau steeg nog, en het was wachten geblazen tot het weer zou dalen, om alle risico’s voor de 4X4 en zijn inzittenden te beperken.

Na ongeveer 2,5 uur wachten konden we in het donker het dorp inrijden. Dit soort fenomenen illustreren de relativiteit van de tijd. Dit ongewild (opgelegd) wachten en geduldig zijn, verklaren misschien wel naast de loodzware zon en het dito werk, de regelmatige en de niet overhaaste rustige beweging van de boer met de hak of machete op het veld, of de tred van de vrouw met de korf op het hoofd op weg naar de markt…

Voor ons is dit vakantie!

Reisbestemming Haïti

Een Vlaming die deelneemt aan een door Broederlijk Delen georganiseerde “inleefreis” naar Haïti.
Ondergedompeld in het leven zoals het is, daar in het verre Haïti.

Een in België wonende Haïtiaanse die een bezoek brengt aan haar thuisland, een verhaal van heimwee, ontgoocheling en vreugde.

Een Belgisch koppel dat na 27 jaar terugkeert naar het dorp Cerca Carvajal, dat het 27 jaar geleden verliet na er verscheidene jaren te hebben gewerkt.

Drie invalshoeken, drie reisverhalen, één dossier.

Veel leesgenot!

Maar intussen is het letterlijk pikdonker in het dorp. Na ongeveer 28 jaar licht op initiatief van en met ondersteuning van missionaris Père Marcel, krijgt het huidige comité het moeilijk om de brandstof voor de generator aan te kopen. De brandstofprijzen zijn scherp gestegen. Er is wat onenigheid, misschien werden in het verleden de illegale ‘zwarte’ aansluitingen onvoldoende kordaat aangepakt. Een serieuze tegenvaller, waar de huidige Haïtiaanse parochiepriester ook niets kan aan doen. Misschien schept dit de ruimte voor het comité om zich te bewijzen in dit lichtend project voor de gemeenschap.

Cerca in contact met de grote wereld

Bij de wandelingen door het dorp is het verbazend te merken hoe wijzelf nog veel mensen herkennen en nog meer mensen ons herkennen. Soms is er enige aarzeling, want wie zou nu na zoveel jaar verwachten dat we hier terug komen? Een land waar vooral mensen uit weg willen. Zoals Ibè, een gerespecteerd man in het dorp, die met zijn gehele gezin naar de Verenigde Staten trok.

Bij de meeste is het niet zo drastisch. Prostène bijvoorbeeld heeft een dochter die met haar kindje binnen enkele maanden in Canada hoopt te zijn bij haar partner. Zijn zoon studeert voor bosbouwingenieur met een beurs in Cuba, maar laat zichzelf ontvallen naar het buitenland te willen. De oude dag van Tèntèn is dus verzekerd en de familie hoeft geen miserie te vrezen met enkele gemigreerde familieleden. Velen verbouwen en verfraaien hun huis met geld van de diaspora, velen studeren met het geld uit de diaspora, velen overleven met het geld uit de diaspora.

De jeugd, vooral de studerende jeugd is bedorven vertrouwt iemand ons toe, ze krijgen veel te veel geld. En het valt inderdaad op dat er iets niet klopt, naar onze normen althans. Ouders zijn in deze periode de hele dag op het veld, er is de oogst van het eerste deel van het regenseizoen en er moet worden geplant voor het tweede deel.

Toch staan daar geen inkomsten tegenover die (sommige) van de jongeren in staat kunnen stellen om zo netjes gekleed op en neer te reizen tussen het dorp en de stad en duchtig te gsm-en met de vrienden en vriendinnen. Jongeren zonder studentenjob, maar er is wel een oompje of een ander familielid in een of ander ver en rijk land. Hoe kan je in deze sfeer van ‘het is allemaal te krijgen’ jonge mensen motiveren voor een project als de opbouw van Cerca, een gemeente waar het goed is te leven? Studeren blijkt voor velen nog altijd synoniem te zijn van weggaan uit Cerca, uit Hinche en op termijn uit Haïti, afstand nemen van het boerenleven, van wat zonder toekomst lijkt.

Er blijkt wel veel meer uitwisseling te zijn, de enclave Cerca is ondanks zijn slechte weg ontsloten. Zo werden we in Jacmel verrast door Prostènes dochter, die er met de ploeg uit Hinche deel nam aan het nationaal volleybalkampioenschap.

In Cerca zijn er nu negen voertuigen in het dorp, een vrachtwagen en vooral 4X4pick-ups. Vroeger had alleen Père Marcel een 4X4 en pasteur Volvick een lichte motorfiets. Prostène vertelde trouwens fier hoe hij vorig jaar voor ruim 10.000 Haïtiaanse dollar (H$ of goed 1.000 EURO) mango’s verkocht. Of hoe de verbetering van vervoersmogelijkheden ook het inkomen kan verbeteren.

Briefke aan mijn liefke!

Een ‘Comme Il Faut’ rokend en een kop Haïtiaanse koffie slurpend, zit ik op de galerij van de pastorie van Cerca Carvajal. Een goede achtentwintig jaar geleden hier verwekt, heb ik er nu mijn eerste week Haïti en Cerca Carvajal, in volle bewustzijn, meegemaakt. Het creëert bij mij een indruk van meerdere lagen.

Groetjes uit – met een beetje fantasie en veel goede wil – het paradijs”, schreef ik je al. Door een donkerroze bril zie je hier zeker stukjes van het paradijs. Het traag voortkabbelende levensritme op de tonen van de zonneschijn, met altijd tijd voor een babbeltje, het is een leuk decor voor onze ‘Westerse welverdiende vakantie’.

Het ‘Blanc, donne-moi un dollar!’, dat sommige kinderen, jonge mannen of vrouwen, hun zwaarbeladen ezels over de hobbelige weg voortstuwend, je achterna roepen, dien je snel achter je te laten. Zou ik het aankunnen om hier een veldje te bewerken? Op honderd vierkante meter rotsachtige grond (met een hoge hellingsgraad), op een flinke wandelafstand van mijn huis wat maïs, bonen of pinda’s kweken om onze 7 tot 11 kinderen (op) te voeden… Maken bloot rondlopende kinderen, vrouwen met een zware last op hun hoofd, een sessie kleren wassen aan de rivier en een dorp dat enkel door maanlicht verlicht wordt, deze plek tot het aardse paradijs?

Ik moet er toch nog eens over nadenken…

David Petit

En dan hebben we het nog niet over de mototaxi’s gehad. Met één of twee passagiers kom je, al naargelang het geval, van Hinche in Cerca voor 35 H$ of 50 H$. Een nieuwe informele beroepsactiviteit of de creativiteit van de Haïtiaanse dienstensector. Ook in Cerca is het paard in de verdrukking als snelste vervoermiddel.

De verstedelijking neemt toe

Cerca is naar alle windstreken uitgebreid, gelukkig lijkt de urbanisatie hier een stuk beter in de hand gehouden dan op de bergflanken van Port-au-Prince, waar opeengeplakte bouwsels één dik lint vormen. Van destijds 200 huizen is Cerca aangegroeid tot minstens 850, misschien zijn intussen de 1000 huizen al bereikt.

Mensen zoals Jules, die een mooie bitasyon (erf) had bij Jidepè, anderhalf uur lopen van Cerca, maar vlak bij zijn velden, woont nu in het dorp. Wellicht heeft ook de aanwezigheid van elektriciteit – zeg maar: verlichting – in het dorp en de overvloedige watervoorziening via dorpsfonteinen deze tendens tot verstedelijking gestimuleerd.

Om nog maar te zwijgen van de grote onveiligheid, die er in sommige crisisperioden was en het onveiligheidsgevoel dat de mensen eraan overhouden.

De vaakst aangehaalde reden is het school lopen van de kinderen. Een gemiddeld gezin heeft toch nog gauw zeven kinderen en in de scholen is het lerarenaantal verdubbeld. Ouders kunnen pas fier zijn als de kinderen allemaal lagere school kunnen lopen en, beter nog, kunnen gaan studeren. Maar het diploma van hulpverpleegster heeft Nanan, vroeger buurmeisje en vriendinnetje van onze dochter Liesbet, nog geen job opgeleverd, zo stelt vader Dimerick ontgoocheld vast.

Merkwaardig toch, maar het valt ons allebei op hoe weinig de dagelijkse levensstijl in al die tijd veranderd is. De boer die van het veld terugkomt naar het dorp met machete en hak en met een stuk droog hout om te koken. Hoe de vrouwen nog steeds op diezelfde drie stenen koken. Hoe de kinderen nog steeds het water halen, nu wel bij de fontein. Veel vrouwen wassen zoals toen in de rivier, maar er zijn er ook die in kommen de was doen met het water uit de fonteinen… zo herkenbaar allemaal.

Zijn we hier wel 27 jaar weg geweest? Het is alsof de nieuwigheden (auto’s, gsm’s,..) die van buitenaf komen, graag worden geaccepteerd, maar in het dagelijkse doen van de mensen, komt er slechts heel traag verandering.

Lieve Cabus
Rhoddy Petit
1 september 2007