CNSA alarmeert voor toenemende voedselonzekerheid

Het jaar 2012 was een opeenvolging van rampen voor de landbouw in Haïti. Twee ongewone droogteperiodes, twee orkanen – Isaac op 24 augustus en Sandy op 24 et 25 oktober – en overstromingen hebben de oogsten zwaar aangetast. Zo staat in het rapport dat CNSA (Coordination Nationale de la Sécurité Alimentaire) onlangs publiceerde.

Honger slaat toe in grote delen van het land

Voor een land waar de landbouwproductie amper de helft van het nationaal voedselaanbod uitmaakt, hebben die gebeurtenissen een grote weerslag op de bestaansmiddelen en de toegang tot voedsel van een groot deel van de bevolking. Vooral op het platteland is dit voelbaar waar de locale productie de mensen tussen 3 en 6 maanden van voedsel verzekert in een normaal productiejaar. CNSA en zijn partners maakten gedurende 2012 oogstschattingen waaruit een halvering bleek van de nationale landbouwopbrengsten tegenover een normaal productiejaar. De productiedaling veroorzaakt schaarste aan locale voedingsmiddelen, doet de voedselprijzen stijgen en drijft mensen nog meer naar overlevingstrategieën zoals het hakken van bomen voor houtskool, migratie en andere. Een verder aftakelen dus van de reeds precaire ecologische leef- en productieomgeving. Dit treft de arme en zeer arme families vooral in de droge agro-pastorale streken en maakt hen nog afhankelijker van de voedselmarkt en de voedselhulp.

Risicogebieden voor stijgende voedselonzekerheid zijn grote delen van het Zuiden, het Zuidoosten, het lage Noordwesten en het eiland La Gonâve. Voor deze streken dreigt een regelrechte crisis, alles is immers met alles verbonden. De stocks aan locale voedingsmiddelen geraken uitgeput, de prijzen stijgen, er is minder vraag naar arbeid en dus minder inkomen.
Een belangrijk element in het hele verhaal is ook de beperkte beschikbaarheid van en toegang tot lokaal zaaigoed. Dit legt dan weer een hypotheek op de toekomstige productiecyclus, want automatisch is daarmee ook het ingezaaid areaal kleiner dan normaal. Het is dan maar bangelijk hopen op een voorbeeldig regenseizoen. Misschien bereikt een goede productie op een kleiner areaal dan toch een redelijk normale oogst.

Gedurende mei en juni kunnen de traditioneel vroege culturen uit de bergen (bonen, groenten, knol- en wortelgewassen en fruit) de scherpte van de voedselonzekerheid verzachten. Zo rijpen mango’s net op het juiste moment om de periode tot de eerste oogsten te overbruggen, voor velen zijn ze een heus manna.

Steun aan Haïtiaanse boeren zeer beperkt

In tegenstelling tot onze boeren, genieten de Haïtiaanse boeren weinig ondersteuning van de overheid.
Het Ministerie van Landbouw zette een relanceprogramma op, een belofte van President Martelly. Dit bestaat uit verdeling van bonenzaaigoed, maar voor het grootste deel uit ‘cash for work’ programma’s. Dit zijn programma’s zoals verbetering van invalswegen, herstellen of aanleg van kleine irrigatiesystemen of het saneren van ravijnen en herbebossen. Initiatieven waar veel mensen kunnen aan meewerken tegen een beperkte vergoeding. Van de nodige 74 miljoen US$ voor dit programma, is evenwel nog maar 10 miljoen US$ ontvangen.

Het Ministerie van Landbouw houdt ook vast aan het subsidiëren van chemische meststoffen. De prijs van chemische meststoffen staat hoog op de wereldmarkt. Dit betekent dat de boeren de meststoffen 80% duurder zullen moeten betalen in 2013 dan in 2010. Het wordt 900 gds. per 50 kg i.p.v. 500 gds.. De boeren zullen dus geneigd zijn om minder meststoffen toe te dienen, wat dan weer de productiviteit bedreigt.
De NGO’s en internationale partners actief in de landbouw begeleiden en ondersteunen de boeren en boerinnen in hun werkzaamheden op heel diverse wijze. Sommige met werktuigen, zaaigoed en meststoffen en in sommige streken ook met ‘cash for work’. Andere werken meer op vorming en organisatie van boeren en boerinnen, coöperatieve vorming, introductie van agro-ecologische technieken, bescherming van stroomgebieden, oogstbewaring, verwerking en commercialisering van landbouwproducten. Elk aspect is belangrijk en noodzakelijk.

Een groot verschil tussen woord en daad

Toch stellen waarnemers vast dat er te weinig vooruitgang is omdat het ontbreekt aan een doortastend, geloofwaardig en allesomvattend nationaal plan met een visie op landbouw. Een goed ondersteunde kleinschalige intensieve familiale landbouw zou inderdaad sterk bijdragen in de voedselzekerheid van de bevolking. De locale tewerkstelling zou verbeteren en de migratie naar de steden worden afgeremd. Bovendien zouden de schaarse middelen die nu vooral de voedselimport financieren andere bestemmingen kunnen krijgen om duurzame ontwikkeling te ondersteunen.
Het CNSA gaat er in zijn prognose vanuit dat een goede beschikbaarheid van irrigatiewater en meststoffen in de rijststreek Artibonite producties zal opleveren tussen 2,5 en 4 ton rijst per hectare. Ze geloven ook dat de tewerkstelling in de rijstteelt, waar vooral de arme families baat bij hebben, op peil zal blijven. Maar dan blijkt dat er toch te weinig water door de irrigatiekanalen stroomt. Electricité d’Haïti voert werken uit om de hydro-elektrische turbines van het stuwmeer Péligre te voeden, die nadelig zijn voor het debiet van de Artiboniterivier. De Artibonitestreek die voor 80% van de rijstproductie in Haïti instaat, dreigt zo opnieuw een oogst te verliezen. “Deze situatie vloeit voort uit de wil van de Haïtiaanse autoriteiten om de locale productie te vernietigen ten voordele van de import, in overeenstemming met de internationale handelaren.” aldus Charles Suffrard van KOZEPEP (Comité des Affaires Electorales Paysannes pour des Elections Propres).

Het vertrouwen in de plannen van de huidige bewindslieden, aangesteld in 2011, daalt snel. De ontgoocheling bij de boerenorganisaties is groot. Na twee jaar zijn er geen overtuigende signalen, die de belofte om het resultaat van 70% zelfvoorzienig te bereiken, kunnen waarmaken. De voedselonzekerheid neemt alsmaar toe. Er was hevige kritiek op de regering voor de manier waarop de verdeling van de meststoffen gebeurde op het platteland. Hierover zijn verdenkingen geuit ten aanzien van de familie van de president. Corruptie kan Haïti nu wel missen als kiespijn. Het komt er eerder op aan om met zijn allen alle zeilen bij te zetten en effectief resultaten te bereiken. Populistische peptalk zet geen zoden aan de dijk.

Rhoddy Petit
30 juni 2013

Meer artikels uit deze rubriek