"De burgerrechten worden niet geëerbiedigd, maar de onveiligheid is nog groot."


Paul Denis

Paul Denis (OPL)

Paul Denis is één van de leidende figuren en tevens de woordvoerder van de Haïtiaanse politieke partij Organisation de Peuple en Lutte (OPL). Voor die partij was hij senator in de periode 1995-1999. Hij die ooit een medestander was van voormalig president Jean-Bertrand Aristide, werd daarna één van diens meest verbeten tegenstanders. Denis heeft twintig jaar lang in België gewoond, maar na de val van de dictatuur van de Duvaliers in 1986 keerde hij naar zijn heimat terug. Onlangs was hij even terug in het land. Uiteraard maakten wij van de gelegenheid gebruik om een gesprek te hebben met deze bevoorrechte getuige van het actuele gebeuren in Haïti.

OPL maakte deel uit van de tegen Aristide gekante oppostiekoepel Convergende démocratique. Het leek wel of het enige doel van de oppositie was Aristide te doen vertrekken. Dat is inmiddels gebeurd. U bent dus een tevreden man?

Paul Denis: Ja, ik ben gelukkig. We hebben heel moeilijke tijden gekend: schendingen van de mensenrechten, een zodanige onveiligheid dat zelfs de integriteit van de individuele burger in gevaar kwam, geen vrijheid van meningsuiting… Dat alles is nu voorbij.

Er zijn er die zeggen dat het land nu door buitenlandse troepen is bezet…

Paul Denis: Maar wat versta je onder bezetting? Er moet worden onderstreept dat de buitenlandse troepen het land zijn binnengekomen op vraag van Jean-Bertrand Aristide om te helpen de veiligheid te garanderen, en toen Aristide op 29 april is vertrokken, is die vraag hernieuwd door zijn opvolger. Inmiddels zijn die buitenlandse troepen afgelost door de vredesmacht van de Verenigde Naties. Het is misschien niet helemaal wat wij hadden gewenst, maar je kunt dat toch geen bezettingsmacht noemen.

Is de situatiegestabiliseerd?

Paul Denis: Nee. Er is momenteel geen politieke onderdrukking meer, de burgerrechten worden geëerbiedigd, maar de onveiligheid is nog groot. Er zijn de mensen die banden hebben met de drugshandel, er zijn de oud-militairen die ook wapens hebben, er zijn de gangs die door Aristide zijn bewapend en hun wapens nog niet hebben ingeleverd… Verleden week nog hebben gewapende groepen de kazerne van de stad Petit Goâve ingenomen.

“Aristide is welkom in Haïti, in een cel van de Nationale Gevangenis”

En is de situatie op politiek niveau gestabiliseerd? Aristides Lavalaspartij bijvoorbeeld heeft geweigerd plaats te nemen in de Voorlopige Kiesraad (CEP), die de verkiezingen moet voorbereiden. Ze zullen die verkiezingen niet erkennen, de verdeeldheid blijft bestaan.

Paul Denis: Het feit dat Lavalas geen vertegenwoordiger naar de CEP heeft gestuurd, houdt risico’s in, maar betekent nog niet dat de partij de uitslag van de verkiezingen niet zal erkennen. Het is normaal dat Lavalas na het vertrek van Aristide boos is en gefrustreerd.Ik hoop evenwel dat er voldoende redelijke mensen bij Lavalas zitten die inzien het in hun eigen belang is deel te nemen aan het verkiezingsproces.

Er vinden toch nog altijd pro-Aristide manifestaties plaats. Geniet hij nog enig krediet, met name bij de armste lagen van de bevolking?

Paul Denis: Weet je, dictators weten over het algemeen goed propaganda te voeren. Ja, ook vandaag nog geniet Aristide enig krediet. Maar het is niet meer de Aristide van 1990. Zijn populariteit is enorm afgenomen.

Hoe valt dat te verklaren? Voor Aristide zijn in de loop van de voorbije decennia miljoenen Haïtianen op straat zijn gekomen. De verkiezingen van 1990, door alle waarnemers bestempeld als eerlijk en correct, heeft hij gewonnen met 67 % van de stemmen, bij een zeer grote opkomst;

Paul Denis: In 1990, tot aan aan de coup van 1991, was hij inderdaad zeer populair. En tijdens de eerste zeven maanden van zijn bewind was Aristide erin geslaagd hoop te wekken bij de bevolking. Het leger heeft daar toen snel een einde aan gemaakt. Maar de Aristide die in 1994 terug aan de macht is gekomen, was niet meer dezelfde als voorheen. De droom is een nachtmerrie geworden.

Nu is hij dus weg, het element dat de oppositie samenhield. Nu kunnen jullie weer onder elkaar beginnen ruziën…

Paul Denis: Er was een grote eensgezindheid over de noodzaak om de tiran, de dictator, te doen vertrekken. Nu, met de verkiezingen in het vooruitzicht, plooit iedereen zich terug op zijn eigen terrein. De oppositiekoepels Convergence Démocratique en de Groep van de 184 bestaan niet meer als dusdanig , maar we blijven elkaar wel ontmoeten.

"Ik zou graag zien dat Aristide deelneemt aan de verkiezingen. Dan zou er eindelijk een einde komen aan die mythe van zijn populariteit"

Intussen hebben jullie een regering die niet wettelijk is, maar de vrucht van een consensus.

Paul Denis: Zoals de voorlopige president een consensuspresident is. Volgens de grondwet mag die maar drie maanden aanblijven, maar die zijn al lang voorbij. Je zou kunnen zeggen dat op bepaalde punten de letter van de grondwet niet is nageleefd. Het ging echter om een concrete situatie, en de consensus is voldoende groot om toe te laten dat deze president nog een tijdje aanblijft en dat deze Kiesraad de verkiezingen voorbereidt.

Aristide was in 1990 de eerste democratisch verkozen president, hij heeft in 1996 de macht overgedragen aan zijn democratisch gekozen opvolger… Dat prille begin van institutionele opbouw is door de gewapende interventie weer ongedaan gemaakt.

Paul Denis: Ik heb in 1990 voor Aristide gestemd, en na de militaire staatsgreep heb ik geijverd voor zijn terugkeer. Hij heeft evenwel het Lavalasideaal verraden. De verkiezingen van 2000 bijvoorbeeld zijn door alle deelnemende partijen behalve Lavalas en ook door instanties als de Organisatie van Amerikaanse Staten als onregelmatig aangemerkt. De dag van de verkiezingen was min of meer normaal verlopen, maar na het sluiten van de stembureaus hebben zich grove onregelmatigheden voorgedaan. Aristide heeft correcties beloofd, maar die zijn er niet gekomen. Uiteindelijk was er geen compromis meer mogelijk. Met als gevolg dat alleen Lavalas nog heeft deelgenomen aan de volgende rondes, en dat Aristide bij de presidentsverkiezingen alleen maar schijntegenkandidaten had. De opkomst was trouwens zeer laag: van 5 tot hooguit 15 procent.

Hebt u de laatste dagen van Aristide meegemaakt, getuigenissen opgevangen? Of interesseert het u niet dat hij al dan niet is gedwongen te vertrekken, als hij maar weg is?

Paul Denis: Alleen om historische redenen zou ik willen weten wat er precies gebeurd is. Ik heb met de Amerikaanse diplomaten gesproken – hun getuigenis is waard wat het waard is – die zeggen dat Aristide vrijwillig is vertrokken. De stijl van zijn afscheidsbrief wijst ook in die richting. Het is niet de stijl van iemand die schrijft met de loop van een geweer in zijn nek. Wel heb ik de indruk dat er enkele telefoontjes zijn gepleegd, die de druk op hem hebben verhoogd. Bijvoorbeeld door mee te delen dat zijn veiligheid niet langer kon worden gegarandeerd. Voorts herinner ik mij dat enkele weken voor zijn vertrek het nieuws de ronde deed dat de VS de basis van Guantanamo klaarmaakten voor de opvang van tienduizenden vluchtelingen. Te veel vluchtelingen, in Guantanamo of in Miami, dat kan helpen begrijpen dat de VS vonden dat Aristide een gevaar vormde voor de verkiezingen in de VS zelf. Toen heeft ook de Amerikaanse firma die voor de veiligheid van de president instond zich teruggetrokken. Daarna had hij het wel begrepen. Frankrijk had al eerder afstand genomen, maar Aristide heeft het geld van de overheid aangewend om zich via lobbying te verzekern van de steun van een aantal democratische politici in de VS, en precies dat verklaart waarom de VS er langer over hebben gedaan om afstand te nemen van een man die inmiddels een notoire crimineel was geworden.

Is een terugkeer mogelijk?

Paul Denis: Hij is altijd welkom. In een cel van de Nationale Gevangenis. Hij beschikt nog altijd over een kracht in het land die voor heel wat ongemak kan zorgen. Maar als hij toch denkt nog populair te zijn, dat hij dan deelneemt aan de verkiezingen! Dan zullen we wel zien. Ik zou zelfs graag zien dat hij deelneemt. Dan zou er eindelijk een einde komen aan die mythe van de populariteit van Aristide.

René Smeets
1 september 2004