Sprankeltjes hoop in het midden van de storm

Haïti leeft al enkele jaren in een soort van trance met crisissen en sociale stuiptrekkingen die zich voortdurend herhalen zonder dat enige remedie –hoe sterk ook- in staat lijkt te zijn om het land definitief van haar ziekte te genezen. In de loop der jaren raakt men gewoon aan deze zwaarmoedigheid; aan deze weinig verblijdende berichten die je bij het opstaan een kater bezorgen en je alle hoop ontnemen in een betere toekomst.

De internationale gemeenschap is hier gekomen met haar troepen; zij is vertrokken met haar diplomaten om later terug te keren met onderhandelaars zonder dat er wezenlijk iets veranderd is.

Nochtans heeft wat goed nieuws deze week mijn geloof in het land aangewakkerd en mijn hoop in een betere morgen versterkt. Terwijl men zowat overal, zowel in Haïti zelf als in het buitenland, het geduld schijnt te verliezen met deze eindeloze crisis, die het land verscheurt en een versnelde verslechtering van de levensvoorwaarden van de bevolking met zich meebrengt en het milieu bedreigt evenals de toekomst van de Staat, zet ik de radio aan. Ik hoor een journalist vertellen over het succes dat verschillende Haïtiaanse muziekgroepen in Guadeloupe behalen met een nieuwe muziekformule die we hier kennen als ‘troubadour’.

Dit muzikaal genre, opgewekt van aard en spontaan, gewoonlijk gebracht door muzikanten uit de armere klassen in sommige restaurants, is op weg om een fenomenaal succes te worden in het buitenland. En, denk ik zo bij mezelf : er zijn nog onvermoede bronnen in het land die we kunnen aangrijpen om Haïti een ander gezicht te geven.

Inderdaad, terwijl de politici van mijn land, zowel die van gisteren als die van vandaag, dag in dag uit bezig zijn om het beeld van Haïti te bezoedelen, houden kunstenaars van alle genres (musici, schilders, schrijvers, ambachtslieden,…) de fakkel brandend en slagen ze erin om Haïti op een andere manier te leren kennen. Zonder omkadering, zonder steun van de Staat die gelden doet opgaan in futiliteiten, hebben deze mannen en vrouwen – enkel met de weinige middelen die ze aan boord hebben – de uitdaging aanvaard om dit uithoekje in de Cariben een klein plaatsje te geven in het concert der natiën. Zij zijn onze echte ambassadeurs.

De zeer verscheiden Haïtiaanse cultuur is een weinig ontgonnen immense bron van rijkdom die het land de nodige economisch impulsen zou kunnen geven. Gekoppeld aan het toerisme, de landbouw en de ontspanning, kan deze cultuur duizenden jobs in het leven roepen. Tal van jonge mannen en vrouwen die niet meer vragen dan nuttig te zijn voor de samenleving zouden beschikken over valabel en waardig werk. Spijtig genoeg wordt deze mogelijkheid niet naar waarde geschat. Men verkiest goedkope formules, extravert en niet duurzaam zoals het neerplanten van vrijhandelszones voor textielondernemingen, zonder aansluiting met het werkelijke economische gebeuren met de bedoeling zichzelf en de clans te verrijken.

De ontwikkeling van Haïti is mogelijk. We kunnen ontsnappen aan de ellende, aan de onwetendheid, de schande, de schaamte als en uitsluitend als wij weten te waarderen wat van ons is; steunen op wat wij kunnen om vooruit te gaan. Dat is de wens die ik mijn landgenoten en vrienden van Haïti voor het komende jaar meegeef.

Colette Lespinasse
1 december 2002

Meer artikels uit deze Lambi