"De burgemeester moet het vreedzaam samenleven van alle burgers bevorderen"

Wisman Menard, burgemeester van Verettes

De thans 47-jarige Wisman Menard, gehuwd en vader van drie kinderen, is geboren en getogen in Verettes. Voor hij burgemeester werd, was hij al zakenman, en dat is hij nog altijd. Hij heeft een handel in bouwmaterialen, en hij is, als boer, tevens de eigenaar van een aantal velden en dieren. Hij is al enige jaren politiek actief. In 2000 was hij al onafhankelijk kandidaat voor het burgemeesterschap, maar pas bij de laatste verkiezingen, op 29 april 2007, won hij met het kartel Lespwa de verkiezingen in Verettes en werd hij burgemeester. Daar is dus nu dus dezelfde coalitie aan de macht als op het nationale niveau.

Hoe ziet u uw rol als burgemeester?

Menard: Dat zou ik willen opdelen in verschillende deeltaken. De burgemeester vertegenwoordigt op lokaal niveau de staat en moet er dus op toezien dat de diensten van de staat goed werken en dat de staatseigendommen goed worden beheerd. Hij probeert een band te smeden tussen de verschillende secties en gehuchten van de gemeente. Hij bevordert het vreedzaam samenleven van alle burgers.

Als laatste zou ik vooral willen benadrukken dat de burgemeester een rol heeft als promotor van het onderwijs. Dat is geen gemakkelijke rol omdat alle macht en middelen in de hoofdstad Port-au-Prince geconcentreerd zijn. We hebben b.v. toelating gekregen van het ministerie om in één wijk een nieuwe staatsschool op te richten. Die werkt nu voor het tweede schooljaar, maar tot vandaag heeft nog geen enkele leraar een loon ontvangen.

Over welke middelen beschikt u om uw taak uit te voeren?

Menard: Alles samen werken er ongeveer 60 mensen voor de gemeente. Het budget bestaat uit een maandelijkse dotatie van de staat die 102.000 gourdes bedraagt (ong. 20.400 Creoolse dollar of zowat 2.000 euro) Dat budget wordt niet aangevuld met lokale inkomsten, op één uitzondering na: de gemeentetaks die men bij een overlijden betaalt voor het delven van een graf. Wie er zoal voor de gemeente werkt? De burgemeester en de twee adjunct-burgemeesters, de gemeentesecretaris en zijn adjunct, de drie mensen van de boekhoudkundige dienst, de 12 mensen van de dienst openbare werken….

Het grootste deel zijn evenwel zg. “vrijwilligers”: die krijgen per opdracht een commissie, maar ze hebben geen vast salaris. Zij onderhouden en controleren het wegennet, de bruggen, de rivieren en beken, enz. Een nieuwe dienst is de dienst planning en opvolging van projecten. Daarvoor werken 8 mensen die een salaris van 400 Creoolse dollar ontvangen (ong. 40 euro) en een aantal vrijwilligers. Er zijn b.v. sinds 2001 plannen om drinkbaar water naar het dorp te brengen, en zij volgen dat dossier op. De dienst wegen en straten stelt 10 mensen te werk. Zij staan in voor de sanitaire voorzieningen, de properheid op markten, slachtplaatsen enz. Op marktdagen zie je hen met hun kruiwagen rondrijden.

De juridische dienst is een zwak broertje: maar 2 vrijwilligers. Zij moeten mensen helpen als ze geen advocaat kunnen betalen en voor de rechtbank moeten verschijnen. Maar omdat er in Haïti een algemene straffeloosheid is, heeft die dienst niet echt veel te doen. Ook de dienst fiscaliteit telt maar 2 mensen, al zouden dat er minstens 10 moeten zijn.

Vindt u het niet moeilijk dat vele kerken en organisaties in uw gemeente actief zijn zonder dat u enige controle hebt over hun activiteiten? Zij beschikken dikwijls over een groter budget dan u als burgemeester.

Menard: Elke stichting, kerk, ngo of organisatie is verplicht zich te melden en een overeenkomst te sluiten met de gemeente. Je zou dat een partnerschap kunnen noemen. Ze kunnen niet zomaar doen wat ze willen. Op die manier vervullen wij wel een coördinerende functie en zijn we steeds op de hoogte van de plannen. In de praktijk heb ik daar absoluut geen problemen mee. Wij zijn maar al te blij dat er dergelijke organisaties bestaan en dat ze in Verettes actief zijn.

Welke dromen koestert u als burgemeester?

Menard: Dat zijn er heel wat. Heel concreet houden volgende dingen me bezig: een systeem dat iedereen in het dorp van drinkbaar water voorziet; het betonneren of asfalteren van de hoofdstraten, zodat er minder stof is in het droge seizoen en minder modder in het regenseizoen; de eenheid van de gemeente ook. En als ik dan toch mag dromen: elektriciteit in het dorp. Verder staan er nog wat kleinere dingen op mijn verlanglijstje: een nieuwe omheining rond het kerkhof; het onderhoud van de ravijnen en rivieren. Ik zou graag meer opvangbassins zien, zodat het water niet ongeremd kan wegstromen als de regen valt …

Wat vindt u het leukst aan burgemeester zijn en wat het minst leuk?

Menard: Het leukst zijn de contacten van mens tot mens. Als burgemeester moet je open staan voor de mensen en dat doe ik dan ook graag. Wat ik het meest haat aan de job is dat ik in alles afhankelijk ben van de nationale staat die alles in Port-au-Prince concentreert. Wij hebben eigenlijk geen enkele autonomie om wat dan ook te doen. Voor het minste probleem moet ik in Port-au-Prince de ministeries en diensten afdweilen en het lukt maar zelden om ook iets gedaan te krijgen.

Nog een laatste wens?

Menard: Ik zou heel graag zien dat onze gemeente verbroedert met een gemeente in Frankrijk, Martinique of België. Als u me daarbij kan helpen, graag!

Dirk Vermeyen
10 februari 2008