Vlaams Haïti Overleg

Cholera

Op 19 oktober werd in twee departementen de cholera-epidemie officieel vastgesteld. Verschillende maatregelen werden genomen om de epidemie in te dijken. De media maakten bekend hoe de bevolking besmetting kon voorkomen. Er werden massaal chloortabletten verspreid om het drinkwater te zuiveren. Ook werden er maatregelen genomen om de 1,3 miljoen mensen die nog in tenten wonen te beschermen tegen de epidemie. Onder meer de Verenigde Naties, Canada, Spanje en Frankrijk beloofden hulp. Er werd met een beschuldigende vinger gewezen naar Nepalese blauwhelmen, die deel uitmaken van de Minustah, omdat zij volgens sommigen de cholerabacterie in Haïti hadden binnengebracht. Uiteindelijk gaf men toe dat er geen link te leggen was tussen de Nepalese militairen en de eerste haarden van cholerabesmetting. De cholera brak uit in de streek van de Artibonite en in de Plateau Central. Na enkele weken bereikte de epidemie de hoofdstad Port-au-Prince.

Verkiezingen

Een maand voor de verkiezingen was er geweld na verkiezingsmeetings. Aanhangers van rivaliserende kandidaten raakten slaags en er waren hier en daar geweerschoten te horen. De meerderheid van de mensen die van dag tot dag overleven in de tentenkampen van Port-au-Prince, waren niet geïnteresseerd in de stembusgang. Met lede ogen zagen zij hoe verschillende kandidaten veel geld spendeerden aan affiches en andere middelen om campagne te voeren, terwijl dat geld beter besteed zou worden aan het optrekken van stevige woningen.
De dagen voor de verkiezing werden overschaduwd door nieuw geweld, verdachte benoemingen van medewerkers aan de verkiezingen, geruchten van fraude, manipulatie en favoritisme.
Op 28 november dienden ongeveer 4,5 miljoen potentiële kiezers een nieuwe president en een nieuw parlement te kiezen. Zoals verwacht werden de verkiezingen gekenmerkt door massale fraude en tal van onregelmatigheden. Er gingen dan ook meteen stemmen op om de verkiezingen te annuleren. De CEP, de Voorlopige Kiesraad, waste zijn handen in onschuld en negeerde de onregelmatigheden.
Zoals voorzien maakte de kiescommissie de officiële uitslag bekend op 7 december. Mirlande Manigat, de vrouw van oud-president Leslie Manigat, behaalde 31% van de stemmen en Jude Celestin, de kandidaat van uittredend president René Préval 22%. Zij zullen het tegen elkaar opnemen in de tweede ronde van de verkiezingen die gepland is op 16 januari. Meteen na de bekendmaking van de resultaten braken rellen uit in Port-au-Prince. Aanhangers van de derde favoriet, de populaire zanger Michel Martelly, trokken de straat op. Ze richtten barricades op, gooiden met stenen en staken autobanden in brand. Ook het hoofdkantoor van de partij van Celestin werd in brand gestoken. Bij de schermutselingen werd een jonge betoger doodgeschoten en vielen er verschillende gewonden.
VN-secretaris Ban Ki-moon verklaarde dat de onregelmatigheden tijdens de stembusgang veel ernstiger waren dan gedacht. Maar hij sprak niet over het ongeldig verklaren van de verkiezingen. Overigens nemen steeds meer Haïtianen aanstoot aan de aanwezigheid van de VN blauwhelmen.
De situatie in Haïti blijft uiterst precair en labiel.