De nieuw verkozen president Aristide schrijft een brief naar Bill Clinton waarin hij een aantal belangrijke beloftes doet om de internationale gemeenschap gerust te stellen:
- een tweede verkiezingsronde voor de senaat;
- de aanstelling van een nieuwe, onafhankelijke Kiesraad (CEP);
- een akkoord over de repatriëring van Haïtianen die illegaal in de VS verblijven;
- actieve medewerking aan de strijd tegen de drughandel;
- de aanvaarding van het toezicht door een semi-permanente missie van de Organisatie van Amerikaanse Staten op de naleving van de mensenrechten;
- de vorming van een nieuwe regering waarin ook de oppositie vertegenwoordigd is;
- nieuwe onderhandelingen met de internationale financiële instellingen.
In Washington worden deze beloften van Aristide op scepticisme onthaald, o.a. door de republikein Benjamin Gilman, voorzitter van de Commissie voor Internationale Betrekkingen.