Een voedselcrisis met een lange politieke staart


Préval en Alexis (foto: BBC Online News)

Haïti kwam de voorbije maanden meer dan te doen gebruikelijk in het nieuws. In april waren er voedselrellen. De prijzen voor voedsel zijn zo sterk gestegen dat veel Haïtianen niet meer in hun meest elementaire levensbehoeften kunnen voorzien. De nasleep van de rellen zorgde ervoor dat premier Alexis diende af te treden.

Op 3 april raakten bij betogingen tegen de hoge kosten van het levensonderhoud een dertigtal personen gewond. Deze betogingen vonden plaats in de steden Les Cayes, Gonaïves en Port-au-Prince. De dag erna zouden in Les Cayes minstens vier mensen door kogels zijn gedood. Daarnaast werden achttien mensen gewond, van wie twaalf 12 door kogels.

Eveneens in Les Cayes werden twee vrachtwagens met rijst geplunderd, waarbij negen mensen door kogels werden getroffen. De nationale politie en de blauwhelmen van de Minustah trachtten de situatie onder controle te krijgen. De blauwhelmen gebruikten hun wapens om betogers te verdrijven die in hun basis waren binnengedrongen, maar ze konden niet verhinderen dat computers en wellicht ook wapens werden buit gemaakt.

Nog in Les Cayes kwamen duizenden mensen op straat, waaronder veel studenten. Ze riepen: “Weg met de hoge prijzen” en “weg met Alexis”. De groothandelaars werden ervan beschuldigd misbruik te maken van de situatie om de prijzen te verhogen. Barricades werden opgericht en autoruiten stukgeslagen. De tussenkomst van de Minustah deed de woede bij de betogers nog toenemen.


Voedselbedeling (foto: AP Photo/Ariane Cubillos)

Ook op plaatsen dicht bij Les Cayes werd gemanifesteerd. In Petit-Goâve kwamen duizenden mensen op straat. Ze protesteerden tegen de hoge kosten van levensonderhoud en tegen president Préval en premier Alexis. Ze riepen de andere steden op om hun voorbeeld te volgen. En dat gebeurde ook. Op 7 april waren er verschillende omvangrijke en gewelddadige betogingen in een aantal steden in het zuiden van Haïti, waaronder Jérémie, Léogane en Miragoâne.

In Port-au-Prince was de situatie heel gespannen. Er werden barricades opgericht en betogers trokken in grote groepen door de straten van de hoofdstad. De transporteurs staakten tegen de verhoging van de brandstofprijzen. Er werden stenen gegooid naar wagens. Twee personen werden gewond door kogels: een student en een politieagent. Deze laatste maakte deel uit van een patrouille die werd aangevallen.

Op 9 april probeerden mensen met geweld de hekkens van het presidentiële paleis neer te halen. Daarbij werden vijf mensen gedood. De Minustah en de nationale politie schoten met rubberkogels en vuurden traangasgranaten af. Demonstranten droegen lege borden om de regering te laten zien dat zij niets te eten hebben. Een betoger zei: “Als de politie en de Minustah ons willen neerschieten, oké, want als we niet door kogels gedood worden, dan toch door honger.”

Gedurende verschillende dagen zorgden groepen betogers voor heel wat materiële schade. Autoruiten werden stukgeslagen en er sneuvelden winkelruiten. Tankstations en de kantoren van de media werden het slachtoffer van vandalisme, warenhuizen werden geplunderd.

Ook de soldaten van de Minustah werden slachtoffer van het geweld. Drie blauwhelmen van Sri Lanka raakten gewond door kogels. Een Nigeriaanse politieagent werd gedood. Winkels en scholen bleven gesloten en veel mensen durfden hun huizen niet uit. De ongeregeldheden waren de ergste sinds Préval in 2006 president werd.

Préval roept op tot kalmte

Vanuit zijn zwaar bewaakte en met prikkeldraad omgeven paleis riep president René Préval op 9 april de bevolking tot kalmte op. Hij zei dat de voedselschaarste niet alleen een probleem van Haïti is en niet opgelost kan worden door banden in brand te steken en vernielingen aan te richten. De president verklaarde: “Als de voedselprijzen op de internationale markt sinds 2007 met 50% gestegen zijn, ontkomt ook Haïti daar niet aan. De invoerbelasting verlagen is geen oplossing. Dat schaadt onze eigen landbouw en we hebben deze belasting hard nodig voor de bouw van ziekenhuizen, scholen en wegen.”


In de rij voor voedsel (foto: AP Photo/Ariane Cubillos)

Al meer dan twintig jaar wordt de eigen landbouw in Haïti verwaarloosd. De oplossing is daarin te investeren. Préval wil daarom dat de eigen voedselproductie gesubsidieerd wordt. Als Haïti vier keer zoveel rijst produceert als nu, wat mogelijk is, kan dat de geïmporteerde rijst vervangen en dan blijven jaarlijks 270 miljoen dollar in eigen land. Hetzelfde geldt voor kippen, eieren en vis.

“Volk van Haïti,” zo sprak de president, “wij moeten zelf dit probleem oplossen. Ik zal gaan praten met de invoerders om te zien wat zij aan de prijs kunnen doen.” Hij vroeg de ambtenaren, die onlangs een salarisverhoging kregen, gedurende een bepaalde tijd 10% van hun loon af te staan ten gunste van de armen. Aan ministers en hoge ambtenaren vroeg hij reizen en andere uitgaven te beperken. Iedere burger vroeg hij zijn belasting te betalen, zodat de regering geld heeft om de armen te helpen.

"Volk van Haïti, wij moeten zelf dit probleem oplossen"

Préval vervolgde: ”De oplossing van de problemen ligt niet in demagogische beloften. Beloften die niet vervuld kunnen worden, roepen nog meer woede op. Gewelddadige demonstraties doen de voedselprijzen niet dalen. Integendeel, ze verhinderen investeringen die nieuwe banen kunnen creëren. Volk van Haïti, ik begrijp jullie kwaadheid en wanhoop. Uit respect voor jullie, zeg ik de waarheid. Ik stel jullie duurzame oplossingen voor, een weg die ons uit de problemen leidt, nu en later, voor onze kinderen en onze kleinkinderen. Volk van Haïti, jullie zijn de straat opgegaan omdat jullie lijden, maar ik vraag jullie: kom tot bedaren. Tegen hen die onrust scheppen en vernielingen aanrichten, zeg ik: stop. De politie zal dit niet meer laten gebeuren en de bevolking aanvaardt dat ook niet.”

Préval hield zich aan zijn belofte en onderhandelde met de importeurs van rijst. Ze aanvaardden de prijs te laten zakken van 51 dollar naar 48 dollar per zak. Het betrof de dertigduizend ton die beschikbaar was en die overeenkomt met de consumptie van één maand. Daarnaast schonk de internationale gemeenschap een subsidie van 5 dollar per zak, zodat die nog 43 dollar kostte.


Foto: AP Photo/Ariane Cubillos

De president bevestigde dat hij de invoerrechten op levensmiddelen niet zal verlagen. Dit zou andere ontwikkelingsprojecten in gevaar brengen, vooral die op het gebied van landbouw. Hij voegde eraan toe dat hij met de handelsbanken zou gaan overleggen om een aanvaardbare financiering uit te werken zodat de invoerders een voorraad rijst zouden kunnen aanleggen die voldoende is voor enkele maanden. Dat zou vermijden dat Haïti volledig afhankelijk is van de escalatie van de prijs van rijst op de internationale markten. Daarenboven zullen de invoerders worden aangespoord ook rijst van Haïtiaanse bodem te verhandelen om op die manier de nationale productie te bevorderen. De minister van Landbouw wil door subsidie de prijs van meststoffen halveren. Er werden nog andere maatregelen om de landbouw te bevorderen. Het is de verwachting dat bij de oogst van november-december het resultaat zichtbaar zal zijn.

Exit Jacques Edouard Alexis

Kort na de eerste rellen kondigde eerste minister Jacques Edouard Alexis een pakket maatregelen van 400 miljoen gourdes aan ter bestrijding van de ellende van de meest kwetsbare bevolkingsgroepen. Hij beloofde werk te maken van projecten die werkgelegenheid moeten scheppen. Daarnaast zouden er restaurants voor de behoeftigen komen. Hij zei dat hij een programma van microkredieten zou opzetten en de landbouw zou steunen. Hij erkende het recht van de burgers om hun ongenoegen te uiten, maar hij wees erop dat bij de betogingen drugshandelaren betrokken waren en anderen die de grondwet niet eerbiedigen. Volgens senator Fortuné is de onrust de wraak van Lavalas en de drugshandelaren. Mensenrechtenorganisaties verweten de regering laksheid en het niet nakomen van beloftes.

Naar aanleiding van de rellen riepen 16 senatoren premier Alexis naar de senaat voor een interpellatie. Voordat de senaat over zijn aanblijven stemde, verklaarde Préval dat hij zijn eerste minister bleef steunen. Hij oordeelde dat de kritiek van de senatoren niet terecht was. Volgens hem is de regering niet aansprakelijk voor de snelle prijsstijgingen op de internationale markt en deed ze wat ze kon.
Alexis zei dat, toen hij in juni 2006 zijn ambt aanvaardde, hij wist dat hij weinig ruimte had om te voldoen aan de verwachtingen van het volk. De senatoren keurden een motie van wantrouwen goed waardoor Alexis gedwongen werd om af te treden.

Intro Ericq Pierre

Na het ontslag van Alexis en de verlaging van de rijstprijs kwam er een einde aan de voedselrellen. Op maandag 14 april gingen in Port-au-Prince de mensen weer naar hun werk en de kleine handelaars hernamen hun gewone activiteiten. De prijs van de andere levensmiddelen blijft echter hoog. Daarom ging Préval praten met de importeurs van maïs, meel en olie.

Préval startte ook de zoektocht naar een nieuwe premier. Omdat geen enkele partij in het parlement de meerderheid heeft, diende Préval overleg te plegen met de voorzitters van beide kamers om een nieuwe premier te kiezen. Omdat er nog geen nieuwe premier was, werd de internationale donorconferentie die normaal gezien gehouden zou worden op 25 april, voor onbepaalde tijd uitgesteld.

Eind april duidde president Préval Eric Pierre aan als nieuwe premier. Aan zijn benoeming gingen veel gesprekken met vertegenwoordigers van politieke partijen vooraf. Maar een groot aantal afgevaardigden meende dat de leden van de politieke partijen met wie Préval sprak niet representatief waren. Een groep van 53 afgevaardigden eiste geconsulteerd te worden, los van de partij waarvan zij deel uitmaken. Ook de 16 senatoren die Alexis de laan uitstuurden, eisten deelname aan de onderhandelingen.


Ericq Pierre (foto: AFP)

Een en ander had tot gevolg dat de keuze van Ericq Pierre als nieuwe premier niet werd geratificeerd. De senaat aanvaardde op 12 mei met zeventien stemmen voor en twee onthoudingen de kandidatuur van Ericq Pierre, maar bij de afgevaardigden stemden 35 voor, 51 tegen en 9 onthielden zich. De reden van de afwijzing zou zijn dat zijn geboortebewijzen niet in orde zouden zijn.

Vooruitzichten

Daarmee zit Haïti zonder premier en met een aftredende regering die alleen lopende zaken mag afhandelen. Het land bevindt zich opnieuw in een politieke impasse die kan leiden tot oproer en ernstige gevolgen voor de hongerige bevolking.

De oorzaken van de voedselcrisis gaan tot dertig jaar terug. Toen begon gesubsidieerde Amerikaanse rijst de Haïtiaanse markt te overspoelen. De ingevoerde rijst was zo goedkoop dat de Haïtiaanse rijstboeren werden weggeconcurreerd. De Haïtianen aten alsmaar meer rijst in plaats van lokale producten zoals zoete aardappelen en cassave. In de loop der jaren importeerde Haïti almaar meer rijst en werd het land de op drie na belangrijkste afzetmarkt voor Amerikaanse rijst. De problemen begonnen toen de prijs voor rijst verdubbelde.

Boerenorganisaties ijveren er al jaren voor dat er meer inspanningen worden gedaan door de overheid om de nationale landbouwproductie te doen toenemen. Het probleem is dat Haïti onvoldoende vruchtbare grond heeft om aan elke boerenfamilie een stuk grond te geven dat groot genoeg is om in het levensonderhoud te kunnen voorzien.

Ondertussen is de situatie zo erg dat sommige mensen hun kinderen niet meer naar school sturen. Ze kunnen het schoolgeld niet meer betalen. Al hun geld geven ze uit aan voedsel.

Bart Van Malderen
1 juni 2008