Vlaams Haïti Overleg

De politie stelt aan de pers een ex-leger sergeant Pierre Richardson voor. Hij heeft een schotwonde in het been en werd gevat nabij de Dominicaanse grens. Hij bekent dat hij deelgenomen heeft aan de poging tot staatsgreep op 17 december. De operatie zou in de Dominicaanse Republiek gepland zijn door vroegere politiecommissarissen, Guy Philippe, Jean-Jacques Nau en Dragon. Een ex-kapitein Ernst Ravix zou de leiding hebben gehad van de operatie. Wie de nieuwe machthebber moest worden, weet hij niet. Hen was versterking beloofd zodra het nationaal paleis was bezet.

Maar ook deze verklaringen overtuigen niet iedereen. Leden van Lavalas hebben immers getuigd dat ze reeds voor 17 december hadden vernomen dat er ‘iets’ zou gebeuren en dat hen was verzocht zich te mobiliseren. De Convergence Démocratique blijft ervan overtuigd dat het opgezet spel is om de oppositie volledig te kunnen uitschakelen.

Tientallen zwaar bewapende mannen dringen ‘s nachts het nationaal paleis binnen. De politie omsingelt het paleis. Er ontstaat een hevig vuurgevecht: 1 aanvaller en 2 poLitiemannen komen om. De daders slagen erin te ontvluchten. In de straten van Port-au-Prince worden nog 2 onbekenden gedood en vallen 15 gewonden door kogels.

In de namiddaq verklaart Aristide op tv dat hij de situatie onder controle heeft, maar hij roept de bevolking op om gemobiliseerd te blijven. Duizenden sympathisanten vatten post rond het nationaal paleis om hun steun aan Aristide te betuigen.

Dezelfde dag nog worden lokalen van oppositiepartijen en privé-woningen van oppositieleiders aangevallen door aanhangers van Lavalas. Ook journalisten worden bedreigd en aangevallen. Radiostations stoppen uit schrik hun uitzendingen (zie ook de rubriek Actueel, blz. 3-4).

Een journalist van Radio Echo 2000, Brignol Lindor, wordt vermoord. Drie dagen voordien had de adjunct-burgemeester van Petit-Goáve gedreigd de ‘zéro tolérance’ toe te passen op de journalist omdat hij de oppositie aan het woord liet in zijn programma. Deze zaak maakt veel emoties los en zal de politiek een hele tijd beheersen. Vooral de geloofwaardigheid van Aristide wordt aangetast. De moord komt er op een moment dat verschillende aanslagen en bedreigingen worden gemeld tegen journalisten die zich kritisch opstellen tegenover de machthebbers.

Er worden wel 20 aanhoudingsmandaten uitgevaardigd, maar slechts 1 verdachte wordt effectief opgepakt, Sedner Sainvilus, een lid van Fanmi Lavalas. Hij ontkent elke betrokkenheid en verklaart geen banden te hebben met de volksorganisatie (Dormi Nan Bois) die toegegeven heeft verantwoordelijk te zijn voor de moord.

De begrafenis van Brignol Lindor loopt uit op een protestmanifestatie tegen de regering en vooral tegen Aristide. De politie verspreidt de manifestanten met traangas en geweerschoten.

Op een persconferentie doet Convergence Démocratique een oproep tot alle krachten binnen het land om de regering omver te werpen. Paul Denis beschuldigt de autoriteiten van corruptie en verkwisting, met minachting voor de bevolking.

Een woordvoerder van Fanmi Lavalas, Jonas Petit, minimaliseert deze beschuldiginqen. De bevolking blijft Lavalas steunen, beweert hij.

In de krottenwijk La Saline terroriseren tientallen gewapende mannen uren lang de inwoners. Resultaat: 3 doden, een twaalftal gewonden en meer dan duizend woningen vernield. Het zou gaan om een afrekening tussen verschillende bendes die rivaliseren om de controle over de markt van Croix-des-Bossales (La Saline).

Aristide roept alle directeurs van de overheidsdiensten op zuiniger om te springen met de publieke financiën en het gebruik van overheidsvoertuigen strenger te controleren. De president zegt dat hij niet zal aarzelen om verantwoordelijken te ontslaan als ze zich schuldig maken aan verkwisting of fraude.

De voorbije dagen waren er talrijke manifestaties door sympathisanten van Lavalas tegen de verspillingen van de regering en van de administratieve diensten. Zo had te Martissant een coalitie van een 40-tal organisaties, gegroepeerd in de ‘ontgoochelde basis’, geprobeerd de nationale weg af te sluiten met barricades.

De PPN (Parti Populaire National), met het blad Haïti Progrès als spreekbuis, neemt meer en meer afstand van Fanmi Lavalas en Aristide. Zij stelt vast dat er hoe langer hoe meer ontevredenheid heerst en getuigt dat onlangs in Cité Soleil foto’s van Aristide werden gescheurd. Daarom doet de secretaris-generaal van de partij, Ben Dupuy, een oproep om een nieuw, alternatief Front te vormen.

Mensenrechtenorganisaties beweren dat hun leden vrezen voor hun leven. Het Platform van Haïtiaanse mensenrechtenorganisaties POHDH gewaagt van een “zwarte lijst” van 15 te vermoorden leden. De lijst zou zijn opgesteld nadat de ‘Coalition Nationale pour les Droits des Haïtiens’ een brief naar de nationale politie had geschreven met gedetailleerde voorbeelden van machtsmisbruik door de politie.

Aristide verordent in een decreet dat de nationale hymne, de Dessalienne, in alle scholen wordt gezongen tijdens het hijsen van de vlag. Ook moeten alle leerkrachten ervoor zorgen dat alle leerlingen de tekst van de nationale hymne uit het hoofd kennen.

Inwoners van Cité Soleil proberen hun woede tegen de regering te koelen. Er wordt tegen Aristide betoogd. Er worden brandende barricades opqeworpen. Deze uitbarsting komt er nadat 4 dagen geleden de politie een nachtelijke inval heeft gedaan, waarbij zeker 3 doden vielen. De inwoners van Cité Soleil revolteren tegen de politie en tegen de regering die geen begrip heeft voor hun problemen. “Wij hebben niet voor Lavalas gestemd om moord en verraad te oogsten!”

Jean-Robert Delciné, een reporter van Radio Haïti die een onderzoek instelt naar een gewelddadig optreden van de politie in Cité Soleil waarbij 3 doden vielen, wordt zelf door een politie-inspecteur geslagen en met de dood bedreigd. Zijn bandopnemer wordt in beslag genomen. De Unie van Haïtiaanse journalisten legt klacht neer tegen de politie.