Rubriek - Dagboek

20 juni 2007

De secretaris-generaal van de Verenigde Naties, de Zuid-Koreaan Ban Ki-Moon, verklaart tijdens de werelddag van de vluchtelingen dat alles moet beginnen met een bewustwordingsproces: de regeringen en de inwoners moeten er zich rekenschap van geven dat vluchtelingen geen vrijwillige ballingen zijn.

De Groupe d’Appui aux Rapatriés et aux Réfugiés (GARR) benadrukt bij deze gelegenheid dat ondanks de ratificatie door Haïti van de Conventie van 1951 in verband met het statuut van de vluchtelingen, geen enkele specifieke wetgeving deze internationale engagementen heeft bevestigd. Bovendien bestaat er geen enkele staatsstructuur die eventuele asielzoekers kan opvangen. Dit is niet zonder gevolgen. Een groep Ethiopische vluchtelingen in Haïti wacht al twee jaar op een oplossing.

In de Dominicaanse Republiek wordt de onverschilligheid van de autoriteiten aangeklaagd in verband met de dossiers van de Haïtianen die er asiel aanvragen, in totaal zo’n 500.

12 juni 2007

Gedurende twee dagen wordt er gestaakt tegen de verhoging van de brandstofprijzen. Ongeveer 95 procent van het openbaar vervoer in het hele land ligt plat. De staking is ook een protest tegen sommige maatregelen van de regering, zoals verhoogde boetes bij overtredingen. De stakers eisen het intrekken van het regeringsbesluit van juni 2006 dat bepaalt dat de prijzen aan de pomp de prijs op de internationale markt zullen volgen. De vakbonden zijn van plan na een week opnieuw actie te voeren.

Premier Alexis ergert zich aan het gedrag van de chauffeurs en de eigenaars van de taptaps. Hij zei: “Ik herhaal het nog eens: Haïti produceert zelf geen olie, we kunnen dus niets doen tegen een verhoging van de prijzen op de internationale markten.”

Eén van de gevolgen van deze actie is dat veel leerlingen geen examen hebben kunnen afleggen.

2 juni 2007

De laatste dagen voeren de ordestrijdkrachten belangrijke operaties uit in de wijk Carrefour van de hoofdstad Port-au-Prince. Ongeveer 125 individuen die verdacht worden van banden met misdadigers worden gearresteerd. Onder de opgepakte personen waren er 37 betrokken bij de moord op twee politieagenten in de wijk Lamentin.

In de noordelijker gelegen stad Gonaïves worden in de dagen die volgen op de arrestatie van Wilfort Ferdinand, van het voormalig “kannibalenleger”, een twintigtal personen aangehouden en wordt munitie in beslag genomen tijdens operaties die uitgevoerd worden in de volksbuurt Raboteau, waar zich de basis van ‘Ti Will’ bevindt. Politieagenten en blauwhelmen onderzochten ook de lokalen van een radiostation.

23 mei 2007

De bekende acteur en dichter François Latour, meer dan 60 jaar oud, wordt vermoord in de hoofdstad tijdens de nacht van 22 op 23 mei. De ontvoerders, die een grote som losgeld eisten, hadden hem met een kogel verwond op het moment van de ontvoering. Zijn lichaam wordt gevonden in het noorden van de hoofdstad.

Deze moord veroorzaakt een grote schok in de wereld van de radio en het toneel. François Latour speelde in de films ‘L’homme sur le quai’ van de cineast Raoul Peck en in ‘M ap pale nèt’ van Raphael Stines. In het theater speelde hij in het succesvol stuk ‘Pèlen Tèt’ van de schrijver Frankétienne tijdens de dictatuur van Jean-Claude Duvalier, waarvan hij een fervent tegenstander was. De laatste jaren was hij vooral actief in de reclamewereld.

18 mei 2007

Ter gelegenheid van het feest van de vlag roept president René Préval op om de corruptie te bestrijden. “De missie van onze voorvaderen was de vrijheid te veroveren, onze missie is het om de gelijkheid te realiseren. De corrupte personen zijn de verraders van deze strijd voor gelijkheid”, aldus de president.

Hij voegt eraan toe dat de corrupte praktijken verhinderen dat de staat beschikt over inkomstenbronnen om te voorzien in de noodzakelijke diensten voor de bevolking. Hij stipt aan dat de strijd hard zal zijn, maar rechtvaardig, en dat hij gewonnen zal worden.

Op het einde van hun eerste werkjaar ratificeren de parlementsleden de conventie van de Verenigde Naties over de strijd tegen de corruptie.

20 november 2007

De Dominicaanse autoriteiten beslissen om voorlopig de export van bepaalde consumptiegoederen op te schorten en dit om schaarste te voorkomen na de doorgang van de tropische storm Noël. Er is een verbod om eieren en bananen te exporteren. Haïti importeert maandelijks 35 miljoen eieren uit de Dominicaanse Republiek. Het verbod leidt dan ook tot schaarste en prijsstijgingen in Haïti.

14 november 2007

De baas van het parket van Port-au-Prince, Claudy Gassant, behoort tot de kanshebbers op de prijs “Integriteit” van “Transparency International”. Deze prijs wil landen aanmoedigen om te strijden tegen corruptie. Het engagement van Gassant leverde hem tegenstanders op die zichzelf boven de wet plaatsen. De voorbije maanden kwam Gassant regelmatig in het nieuws met zijn strijd tegen corruptie.

10 november 2007

De minister van Vrouwenzaken, Marie-Laurence Jocelyn Lassègue, veroordeelt de publicatie van een studie over de verspreiding van aids in de Verenigde Staten vanuit Haïti, als een poging om het imago van het land te bekladden. “Telkens wanneer wij beginnen met de heropbouw en toeristische en economische activiteiten willen bevorderen, zijn er andere personen die de fundamenten van deze heropbouw willen vernielen”, verklaarde ze.

Een studie die op 29 oktober werd gepubliceerd, besluit dat de verspreiding van aids in de Verenigde Staten begonnen is op het eind van de jaren 60 vanuit Haïti.

8 november 2007

In de nationale gevangenis ontstaat een begin van muiterij. Er klinken geweerschoten. In de vooravond werden 121 gevangenen vrijgelaten om humanitaire redenen of omdat ze al lang vastzaten voor kleine delicten. De muiters eisten dat ook zij zouden vrijgelaten worden.

6 november 2007

’s Avonds opent een commando het vuur op de lokalen van Radio-Télé Ginen. De politie stelt 15 kogelinslagen vast op de muur van het radiostation. Een buurvrouw wordt gewond. Amnesty International veroordeelt de gewapende aanval.

Daarnaast maakt Amnesty International zich ongerust over de doodsbedreigingen tegen de journalist Joseph Guyler Delva, directeur van de organisatie SOS journalisten. Sinds 25 oktober krijgt hij anonieme telefoons. Hij werd in zijn wagen achtervolgd door onbekenden.

Guyler Delva leidt de onafhankelijke commissie die het onderzoek steunt naar de moorden op journalisten. Amnesty International vraagt dat de Haïtiaanse autoriteiten de journalisten beschermen.