Port-au-Prince : de schok In Juli 2011 gingen we met onze vier kinderen weer naar Haïti. Het was een geweldige schok om het land terug te zien na de aardbeving van 12 januari 2010 die meer dan 300.000 doden en evenveel gewonden tot gevolg had en meer dan één miljoen mensen dakloos maakte. De meerderheid van hen leeft in honderden kampen rond de uitpuilende hoofdstad. Duizenden tenten, tegen elkaar geplakt : mannen, vrouwen en kinderen op elkaar gepropt in een onvoorstelbare promiscuïteit. Levensomstandigheden die onverdraaglijk zijn. Zij komen ten laste van +/-12.000 NGO’s waarvan het merendeel zich inzet voor hun onmiddellijke levensbehoeften : drinkwater, levensmiddelen, gezondheidszorg…. Troosteloze aanblik! Is de situatie hopeloos? Het is de moeite waard om te bekijken wie wat doet. Wie biedt wat aan?
Wat doen die duizenden NGO’s? Bekend bij alle Haïtianen, maar niet bij de Haïtiaanse staat. En wat de Minustah betreft, waar dient die voor? Niemand die dat weet. Maar ontegenzeggelijk is, dat de nood blijft voortduren. Laten we echter aan Caesar geven wat Caesar toekomt en de aanwezigheid erkennen in het veld (al sinds vele jaren) van enkele grote NGO’s zoals : «Artsen zonder Grenzen – Rode Kruis – Médecins du Monde – Unicef – Caritas – Fidesco – Missio – Entraide et Fraternité – Broederlijk Delen » en enkele andere (op de vingers van één hand te tellen) die geweldig werk verrichten. Na de aardbeving waren ongeveer een half miljoen mensen naar de provincie vertrokken. Omdat daar geen onthaalstructuur bestond, hebben die NGO’s de grote toevloed van mensen niet kunnen opvangen. Gevolg : meer dan 80% die zo overhaast Port-au-Prince verlaten hadden, moesten even snel weer teruggaan naar de hel van de hoofdstad.
De humanitaire organisaties voor de opvang van de eerste nood moesten plaats maken voor de Interim Commissie voor de Reconstructie van Haïti (CIRH), onder medevoorzitterschap van Bill Clinton, als speciale gezant van de VN. Deze CIRHL kan alleen maar wijzen op een mager resultaat. De constatering van de Monde Diplomatique van Januari 2011 gaat ook nu nog op : « Teleurstellende resultaten : slechts een klein aantal projecten goedgekeurd, middelmatige coördinatie tussen de geldschieters, geen rekening gehouden met de Haïtiaanse burgermaatschappij, onwil bij de regeringen om zich aan hun beloftes te houden ». Buitenlandse machthebbers willen vóór alles ruimte maken voor hun eigen bedrijven. De 10 of 15 miljard dollar die beloofd waren, vormen een rookgordijn. De internationale hulpverleningsorganisaties en de Minustah gaan door met het hele gebied te bezetten en zetten overal grote gebouwen neer. Een indrukwekkende vloot van glimmende 4 × 4 … Kostbare logistiek …
De presidentsverkiezingen van 29 november 2010 hebben Michel MARTELLI aan de macht gebracht. De stabiliteit in het land is niet hersteld. Tot op de dag van vandaag is er geen regering. De wederopbouw laat op zich wachten. De stichting van een nieuw Haïti eveneens. Gevolg: de openbare diensten worden niet waargenomen door de Staat maar door de NGO’s. Haïti is niet meer van de Haïtianen. Zij hebben hoe langer hoe meer het gevoel dat ze van hun land en hun toekomst beroofd zijn. Ze zeggen met enige humor dat de hulpverleningsorganisaties samen met de Minustah actief deelnemen aan de verzieking van de sociaal-politieke situatie, terwijl ze ondertussen hun eigen bestuursstructuren opleggen. Velen spreken over de regering van de NGO’s en van de Minustah (= Missie van de VN voor de stabilisering van het land sinds het vertrek van Aristide). Haïti, een ononderbroken geschiedenis van bezetting en plundering sinds de ontdekking van het land in 1492 door Colombus : bezetting door de Spanjaarden, dan de Fransen, de Amerikanen (tussen 1915 en 1934) dan de alomtegenwoordige humanitaire organisaties vanaf de val van de dictatuur van Duvalier.
Zodra je de nachtmerrieachtige en stinkende atmosfeer van Port-au-Prince achter je laat, adem je op. Je ontdekt een heel ander land . We hebben de meest afgelegen plaatsen van het land bezocht: in het Zuiden, Maniche, Saint-Jean du Sud, Port-Salut, Torbeck, Camp-Perrin ; in de Grote-baai : Jérémie en omgeving, Duchiti, Abricot, Saint Victor… ; op het Centraal Plateau Hinche, Pandiasou, Arcahaie, Morne St-Benoît, Mirebalais … We hebben heel wat mensen ontmoet die actief bezig waren in het veld: politici, bisschoppen, ontwikkelingswerkers, boeren-organisaties, organisaties uit de burgermaatschappij (zoals de verenigingen in Maniche), plaatselijke religieuze gemeenschappen die midden tussen de boeren woonden ( de Petits frères et Petites soeurs de l’Incarnation – De Communauté Source de Vie). Wat moeten we daarvan zeggen ?
De mannen en vrouwen van Haïti zijn zwaar getekend door de ramp van 12 januari 2010, maar ze laten de moed niet zakken. Vol moed stropen ze in groten getale de mouwen op om hun land opnieuw op te bouwen. We hebben verschillende schoolgebouwen bezocht die heropgebouwd worden, medische posten, en ook culturele centra voor het onthaal van jongeren. Er is de aanleg van wegen (de weg van Jérémie, van Camp-Perrin, van Hinche). Aanleg van grote bergmeren, vooral op het Centraal Plateau onder leiding van Frère Franklin en Sœur Emmanuelle. De boerenbevolking en de verlaten provinciesteden krijgen een zekere vitaliteit terug. Als je door dit zeer bergachtige land rijdt, kijk je je ogen uit. Schitterende landschappen afgewisseld met streken die sterk geërodeerd zijn. En ook prachtige stranden waarop de hulpverleners zijn neergestreken.
De activiteiten van de NGO’s trekken de mensen uit de provincie op onweerstaanbare wijze naar de hoofdstad en installeren hen in een bijstandsstructuur. Dit is geen gezonde weg. Stop met de bijstand en laat de Haïtianen hun eigen lot en dagelijks leven in handen nemen! De koninklijke weg naar de ontwikkeling van Haïti loopt via een goede intellectuele et professionele opleiding, toegang tot de cultuur, toegang tot boeken, tot informatica, kennis, allemaal middelen die hen in staat stellen hun eigen lot ter hand te nemen. Daarvoor is het noodzakelijk gebruik te maken van Onderwijs en Cultuur, met name in de provinciesteden, teneinde de gezinnen en de jongeren ertoe te brengen om in hun eigen milieu te blijven. Het oprichten van verenigingen uit de burgermaatschappij zal het mogelijk maken om te discussiëren over de problemen van het grondbezit en over de inpassing zonder schaamte van de verschillende elementen van de Haïtiaanse cultuur, en om socio-economische activiteiten te ontplooien die zorgen voor de ontwikkeling van het provinciale en plattelandsmilieu. Vandaar het belang van de cultuur, d.w.z. van een nieuwe visie op de ontwikkeling van het land.
De meeste NGO’s doen bewonderenswaardig werk door vooral noodhulp te verlenen voor de primaire levensbehoeften van het Haïtiaanse volk. Wij van onze kant zijn ervan overtuigd dat er niets verandert zolang men afhankelijk blijft van humanitaire hulp. Een heropbouw van Haïti veronderstelt noodzakelijkerwijs de vernieuwing van de provincies want Haïti is een landbouwland . De NGO’s vestigen zich in meerderheid in de hoofdstad, die verstikt is en geen enkel perspectief biedt aan de jonge generaties.
Veel gezinnen en jongeren verlaten hun dorpen om het aantal vluchtelingen te versterken die in tenten geparkeerd zitten en alleen maar kunnen hopen op de bijstand van de NGO’s. Ze hebben geen werk of beroep, stellen al hun hoop op de drugshandel, en vormen bendes.
Zo is er bijvoorbeeld een cultureel- en sportproject opgezet door een competent en polyvalent Haïtiaans team, dat heel gemotiveerd is en bewust van het belang van de cultuur om Haïti uit zijn eeuwenoude armoedesituatie te halen. Het heeft daarom besloten een Cultuur- en Sportcentrum te bouwen. Dit project steunt op een revolutionaire toekomstvisie:
Het Haïtiaanse team heeft al een stuk grond gekocht voor de bouw van de infrastructuur: lokalen en speelvelden. Dit zijn de gegevens van het team:
1. Naam van het team: « Foyer Culturel de l’Archevêché de Jérémie »
2. Leden: Mgr. Joseph Gontrand Decoste sj, bisschop van Jérémie, pastoor Jean Odny Pierre, ingenieur M. Kesnel Parijs, zuster Yvonne Maheux csl en 2 informatici.
3. Adres : 56, rue Abbé Huet, Jérémie Haïti (W.I) – Tel : (509)29422115
4. Mail : gont2006@yahoo.fr – Rekening: 450-1752-886294 (Swift code UBNKHTPP)
5. Duur van het project “Pour le Foyer Culturel “: 2 jaar
In België werd een steungroep opgericht teneinde financieel bij te dragen aan het tot stand komen van het Haïtiaanse project d.m.v. het organiseren van allerlei activiteiten voor de fondsenwerving. Om op de hoogte te blijven van onze activiteiten, ga naar onze site: www.culturehaiti.org
De gegevens van de contactpersonen in België voor het aartsbisdom Jérémie in Haïti :
Decoste Denise en Jean-François (voor de Belgische steungroep)
Chemin de la Chaussée, 14
1430 Rebecq-Quenast
Tel : 067/67.00.96 – GSM : 0474/30.30.13
Mail : denisedecoste@skynet.be
www.culturehaiti.org
We danken u voor alle hulp aan dit Haïtiaanse team voor de bouw van dit Cultuur- en Sportcentrum waarvan het de plannen heeft opgezet:
Uw bijdragen op nr 000-0000034-34 van Entraide et Fraternité. Mededeling: Projet Particulier HAITI 10-856.
Fiscale vrijstelling vanaf 40€ of meer.
Indien u geen fiscaal attest nodig hebt kunt u uw gift storten op de volgende rekening van de vzw ACTEC :
IBAN BE71 0011 4483 0069
BIC GEBABEBB
Bd. A. Reyers, 207/6
1030 Brussel
Tel : 02/735.10.31
brussels@actec-ong.org
met de mededeling: « Aartsbisdom Jérémie Haïti. »