Trottoirs


Vrouwen doen de was op het troittoir (foto: Liesbet De Pooter)

Bloemperkjes, boompjes, bushaltes, beurtelings parkeren, geen vuilbakken voor 18.00 uur, speciale plas- en poepplaatsen voor de hond, verlaagde stoeprand voor degene die wat moeilijker ter been zijn, op gevaarlijke punten speciale vangrails, in de grond geplaatste verlichting,… zoveel zaken waar we al lang niet meer bij stilstaan maar het overgrote deel van de voetpaden in België is overladen met allerlei faciliteiten om ons een aangename wandeling te bezorgen naar ons werk, de winkel om de hoek… Maar in Port-au-Prince is het trottoir vaak een eerste te overwinnen barrière aan het begin van de dag.

Stel dat je als Haitiaan ’s morgens na een kop verse koffie gezwind je spullen pakt om te gaan werken en je trekt je voordeur open. Waarschijnlijk zakt je goede humeur hier al een paar graden. Een eindeloze zee van marktdames met al hun waren, die daar zitten van zonsopgang tot zonsondergang. En één van de meest geliefde stekjes is natuurlijk de traptrede aan jouw voordeur. Als je je goede humeur wil behouden, zeg je best niks tegen de dame waar je langs moet, want meteen krijg je een smalende opmerking naar je hoofd geslingerd in de zin van… “de straat is van iedereen” of “is de straat te klein om mijnheer/madame door te laten?”, aangevuld met nog enkele andere kleurige termen die het schaamrood op je kaken doen stijgen en in je hoofd blijven nazinderen tot je om de hoek bent.

Je hebt dan eindelijk het einde van de straatmarkt bereikt, maar daar is dan de lokale garagist net bezig met het vervangen van de oliefilter van een aftandse wagen, midden op de stoep. De vuile olie loopt rijkelijk over het van de talloze vorige reparaties reeds roetzwarte trottoir. Het hindernissenparcours op het voetpad gaat verder: een timmerman met bedden, een dame met tweedehandse kleren, een jongen die een serie rolstoelen, krukken, bedpannen, zuurstofflessen enz. van een of andere donatie verkoopt, een schoenmaker, een juwelier, een bandenplakker, een barbecuestel met kippenpootjes, een man met een schrijfmachine, een occasionele generator of gewoon de uitlaat hiervan uit de muur die in je gezicht blaast, een ijsventer, een lasser, een ambulante verkoper van gsm-accessoires of gekopieerde DVD’s, uitstalborden, een duivenhandelaar, een bloemenverkoper, een schoenpoetser, een oude diepvriezer met blokken ijs om de te verkopen, je kan het zo gek niet bedenken of je vindt het … op het voetpad. Als je – letterlijk – zonder al te veel kleurscheuren voorbij deze hindernissen bent geraakt, pas dan goed op voor enkele mangaten zonder riooldeksel, of voor gesprongen waterleidingen met bijhorende waterplassen, waardoor voorbijrijdende wagens je kletsnat maken, plus natuurlijk her en der het vertrouwde hoop(je) afval op de hoek van de straat…

Als je nu nog steeds goedgemutst bent, en als je het geluk hebt gehad om tijdens je wandeling voortdurend over een voetpad te kunnen stappen, dan komt er nu vast wel een stukje waar het voetpad nog enkel een stoeprand breed is, want tal van mensen vegen hun voeten aan wat wij onder “rooilijn” verstaan en zetten hun afsluiting zo ver mogelijk op straat. Op het voetpad dus… Nu zijn de straten eigenlijk niet breed genoeg om de wagens te laten parkeren zonder het verkeer zelf te belemmeren; wagens staan dus steeds met minstens twee wielen op het voetpad geparkeerd, liefst zelfs alle vier…
Uiteindelijk blijft er maar één plaats over voor de zwakke weggebruiker en dat is de rijweg zelf. Dit tot groot ongenoegen van alle chauffeurs die hun uiterste best doen om je net niet te raken, en als je toch geraakt wordt door een bumper of zijspiegel, word je als voetganger daarbovenop nog eens extra uitgescholden door de reeds wegrijdende chauffeur.

Hopelijk hou je toch nog een beetje goed humeur over, want eens je vol zweet staat, bent uitgescholden, besmeurd en doorrookt van de uitlaatgassen, mag je aan je werkdag beginnen. Hopelijk is er elektriciteit en hou je net voldoende moed over om je ’s avonds aan dezelfde lijdensweg, maar dan in de omgekeerde richting, te wagen.

Sinds enkele weken is het MTPTC (Ministère des Travaux Publics – ministerie van Openbare Werken) begonnen met heel wat van de voetpaden ter herstellen of aan te leggen. Vele voetpaden zijn volledig vernield door werkzaamheden waarbij men de trottoirs openbrak (een privé-bedrijf of de een of andere openbare dienst), maar nooit weer herstelde, of ze zijn gewoonweg nooit volledig afgewerkt. Maar voor wiens rekening zijn die reparaties nu? Voor de voetgangers of alle andere gebruikers behalve de voetganger?

Gerrit Matton
1 december 2007

Meer artikels uit deze rubriek