Een "oproep tot gecoördineerde bemiddeling"

Brief van het VHO aan de overheid

In het vorige nummer van Lambi meldden we dat het Vlaams Haiti Overleg op 12 februari 2004 een brief schreef naar onze overheid, o.a. aan de minister van Buitenlandse Zaken, over de escalerende situatie in Haïti sinds december 2003. We ontvingen antwoord op 15 maart 2004. Ziehier enkele elementen uit het antwoord van Minister Michel.

“Haïti maakt inderdaad een zware politieke, economische en sociale crisis door. (Volgt een opsomming van feiten die iedereen kent; GS). Aangezien een geweldloze oplossing van deze crisis middels dialoog en compromis primordiaal was, trachtte de internationale gemeenschap de orde in het land te herstellen. Verschillende initiatieven in deze zin werden reeds genomen voor het aftreden van President Aristide, namelijk door de Gemeenschap van de Caraibische staten (CARICOM), de Organisatie van Amerikaanse Staten (OAS) en de Europese Unie. Vervolgens keurde de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties onmiddellijk na het vertrek van de voormalige President eensgezind een resolutie goed om een internationale vredesmacht naar Haïti te sturen (…). Deze vredesmacht zal voor een periode van maximum drie maanden, namelijk tot de aankomst van de Blauwhelmen, actief zijn en heeft tot doel bij te dragen tot de stabilisatie van de interne politieke situatie, de humanitaire hulp te vergemakkelijken en verder geweld en inbreuken op de mensenrechten tegen te gaan.

Ik verzeker U dat België deze gecoördineerde internationale bemiddeling om tot een stabiel, veilig en democratisch staatsbestel in Haïti te komen ten volle ondersteunt en nauwlettend de situatie in dit land zal blijven volgen.”

Het antwoord verwijst naar de initiatieven van de internationale instanties. Welke concrete stappen België ondernomen heeft of onderneemt, wordt niet vermeld. We weten dat Haïti geen prioriteit is voor ons land. De meeste beslissingen worden elders genomen. Als VHO vinden we het evenwel belangrijk dat het armste land van het westelijk halfrond ook van onze eigen overheid de nodige aandacht krijgt.

Greet Schaumans
1 juni 2004