Rubriek - Dagboek

26 oktober 2003

Nadat het Oppositiefront van het Noorden verschillende weken actie heef gevoerd in Cap Haïtien, verbiedt de regering elke manifestatie tot 19 november. Officieel heet het dat deze maatregel werd genomen om de bevolking toe te laten in alle rust deel te nemen aan de herdenking van de slag bij Vertières, 200 jaar geleden. Mensenrechtenorganisaties veroordelen dit verbod als ongrondwettelijk en als een maatregel uit de tijd van de Duvaliers.

15 oktober 2003

Negende verjaardag van de terugkeer van Aristide op 15 oktober 1994. In 1991 was er de staatsgreep tegen hem. Na 3 jaar ballingschap kon hij terugkeren dankzij een interventie van een multinationale macht en onder bescherming van 23.000 Amerikaanse soldaten.

Deze verjaardag wordt door de bevolking met onverschilligheid beleefd. De levensomstandigheden van de mensen zijn helemaal niet verbeterd. In verschillende steden worden anti-regeringsbetogingen gehouden. In Gonaïves is men aan de 4e week van mobilisatie toe. Het ‘Kannibalenleger’ van Amiot Métayer is omgevormd tot ‘Verzetsfront van Gonaïve voor de omverwerping van Aristide’.

De politie treedt overal hard op tegen de betogers. Op vele plaatsen worden betogingen tegen de machthebbers verboden.

5 oktober 2003

In de hoofdstad telt men 15 doden en meer dan 10 vermisten tengevolge van overstromingen en aardverschuivingen. Vooral de wijken Djobel (Bourdon) en Tunnel (Carrefour Feuilles) zijn getroffen. In een mum van tijd werden mensen meegesleurd die zich hadden verschanst tegen de regen. Wetenschappers vrezen het ergste: Port-au-Prince ligt in een kom, zonder bescherming, omdat de bergen in de omtrek volledig zijn ontbost.

2 oktober 2003

De politie gebruikt de grote middelen om zich terug meester te maken van de situatie in Gonaïves. Sinds de liquidatie van Amiot Métayer hebben zijn aanhangers niet opgehouden actie te voeren om het vertrek van Aristide te eisen. Zij beschuldigen de politiecommissaris Harold Adéclat ervan de liquidatie te hebben geleid. Het huis van zijn ouders werd vernield.

Het harde optreden van de politie tegen de actievoerders maakt, volgens sommige bronnen, 8 doden en meer dan 12 gewonden. De Nationale Coalitie voor de Rechten van de Haïtianen (NCHR) beschuldigt de politie ervan gedurende 3 uur een blinde repressie te hebben gevoerd tegen onschuldige burgers, onder wie ook vrouwen en kinderen.

De politie pleit onschuldig en beweert dat de gewelddaden werden gepleegd door de aanhangers van Métayer. Er wordt een belangrijke geldsom beloofd aan mensen die inlichtingen kunnen geven over de leiders van de beweging tegen Aristide.

22 september 2003

Amiot Métayer wordt vermoord teruggevonden nabij Saint-Marc. Hij kreeg verschillende kogels in het hoofd. Métayer was in augustus 2002 op spectaculaire wijze ontsnapt uit de gevangenis. Hij werd ervan verdacht deelgenomen te hebben aan de gewelddaden tegen de oppositiepartijen op 17 december 2001. Hij beweerde dat de hoogste leiders van Lavalas hem hadden opgedragen deze gewelddaden te plegen. Hij stond aan het hoofd van een illegaal zogenaamd ‘Kannibalenleger’.

Zijn arrestatie werd reeds lang opgeëist door de OAS, door de oppositie en door verschillende mensenrechten organisaties (zie ook de rubriek Actueel, blz. 3-4).

19 september 2003

Volgens Le Monde heeft Aristide vandaag een plan/opdracht gekregen van de ambassadeur van de VS: de arrestatie van Amiot Métayer, de machtige leider van de Lavalas–groep in Gonaïves; wijzigingen aan het hoofd van de Nationale Politie; ontwapening van de burgerbevolking; de oprichting van een nieuwe Kiesraad, aanvaard door zowel de machthebbers als de oppositie. Indien Aristide dit plan uitvoert, garanderen de VS hem hun steun tot het einde van zijn mandaat in 2006.

De Amerikaanse ambassade ontkent het bestaan van dit plan.

30 augustus 2003

In Cap Haïtien verhinderen aanhangers van Lavalas met brandende barricades het ‘Weekend van Solidariteit’ dat gepland was door het Noordelijk Oppositiefront (FRON). Politici die op dat weekend het woord zouden nemen, worden op de luchthaven 6 uur lang in afzondering gehouden. De politie maakt gebruik van traangas en schiet met scherp. Een 30-tal mensen raken gekwetst. Een rechter vaardigt 3 dagvaardingen uit tegen leden van de oppositie. De politiecommissaris verbiedt voortaan elke politieke samenkomst in het departement van het Noorden.

De oppositie, de Amerikaanse ambassade, de speciale Missie van de Organisatie van Amerikaanse Staten en de Nationale Coalitie voor de Rechten van de Haïtianen (NCHR) veroordelen het brutale optreden van de politie. Vooral de aanwezigheid in hun rangen van mannen in ‘t zwart met op hun T-shirt “Cap Haïtien – BS” (BS = Brigade Spéciale) wordt aangeklaagd.

Op 22 augustus had de NCHR reeds de aanwezigheid van dergelijke zogenaamde ‘attachés’ bij de politie aangeklaagd.

29 augustus 2003

Grote overstromingen in Saint-Marc, waarbij zeker 25 doden en 75 vermisten te betreuren vallen. 600 families zijn getroffen. Gebrek aan onderhoud van de afwateringslopen wordt algemeen gezien als oorzaak van de ramp. De EU geeft € 80.000 noodhulp.

8 mei 2003

Op Radio Métropole vraagt de vice-voorzitter van de bisschoppenconferentie, Mgr. Guire Poulard, dat de OAS zich niet langer bezig met het dossier Haïti bezig houdt. De OAS probeert alleen maar tijd te winnen en geeft daardoor vrij spel aan Aristide. De Haïtiaanse regering steunt enkel nog op gewapende bendes en wil geen ontwapening. Hij doet een oproep tot de bevolking om zich te mobiliseren voor een echte verandering.

6 mei 2003

De waterkrachtcentrale van Péligre in het Centraal Plateau wordt door een groep gewapende mannen aangevallen. Door brandstichting in de commandozaal worden 3 turbines stilgelegd. Twee veiligheidsagenten worden gedood. Dezelfde dag worden 2 politiemannen gewond in Hinche, de hoofdstad van het departement van het Centrum.

De staatssecretaris voor Communicatie, Mario Dupuy, legt een verband tussen deze gewelddaden en de arrestatie van de vroegere politiecommissaris Guy Philippe. Deze werd de dag voordien in de Dominicaanse Republiek gearresteerd, in het gezelschap van o.a. Paul Arcelin, een lid van de Convergence Démocratique. De twee mannen waren bezig met sabotageplannen op het ogenblik van hun arrestatie.

De gewapende mannen die de aanvallen hebben uitgevoerd, zouden lid zijn van een bende, Lame San Manman, waarvan vele duizenden T-shirts werden gevonden bij Judy Roy, de leidster van de organisatie Force de Protection Citoyenne. Bij haar werden ook oorlogswapens gevonden en gedetailleerde plattegronden van het Nationaal Paleis en van de privé-woning van Aristide in Tabarre.

De staatssecretaris beschuldigt de oppositie ervan met geweld het regime te destabiliseren.