Kleine balans van het jaar 2018…en enkele perspectieven

Auteurs: zie onderaan.

Vertaling: Paul De Wolf

Elke derde zondag van de maand komt de CRAN (Cellule de Réflexion et d’Action Nationale; Cel van Nationale Reflectie en Actie) samen. In november en december 2018 hebben we een balans opgemaakt van wat er allemaal aan de hand is in het land en hebben we de vraag gesteld welke hoop er rest voor de dag van morgen.
Het is zeker een feit dat niet alle deelnemers aan onze ontmoetingen er noodzakelijkerwijs dezelfde mening op nahouden over elke probleemstelling. Maar we blijven informatie uitwisselen omdat het noodzakelijk is om van mekaar te leren. Bij alle uiteenlopende opinies komen er toch gemeenschappelijke standpunten vrij, maar er blijven ook verschillen bestaan. Dat is nu eenmaal de rijkdom van de ideeënuitwisseling in de reflectiegroep.

  • CRAN kan niet akkoord gaan met het geweld op personen en het gebrek aan respect voor het leven van mensen, wat zich soms voordoet tijdens manifestaties en vaak te maken heeft met gedragingen van de politie. Geweld leidt tot tragische situaties zoals bij de gebeurtenissen in Malpasse op 25 november, waarbij de mensen eigendommen van de Staat hebben in brand gestoken en verscheidene douaniers het leven hebben verloren. CRAN wil zijn medeleven betuigen aan de slachtoffers en hun families. Het Gerecht moet de gebeurtenissen uitklaren en de verantwoordelijkheden bepalen. Er moeten inderdaad correcte sancties worden opgelegd, … maar de autoriteiten beloven, doch nemen de zaak niet ter hand. Ofwel talmen ze om een veroordeling uit te spreken, ofwel zijn hun acties niet erg effectief. Als dergelijke zaken zich kunnen voordoen, is het omdat de Staat zijn verantwoordelijkheden niet neemt in kwesties allerhande van smokkel en geweld.
  • Hetzelfde laat zich vast stellen bij het bloedbad in de benedenstad bij La Salines. CRAN voelt zich betrokken bij het lot van de slachtoffers en voelt met hen mee. De gebeurtenis roept de herinnering op aan heel wat moordpartijen uit het verleden… Cité Soleil (27 december 1993), Raboteau (22 april 1994), Jean Rabel (23 juli 1987)… en de vele andere die nog later kwamen. Rechtvaardigheid en waarheid zijn de voorwaarden om het land vooruit te helpen. Wat is een mensenleven waard als de praktijk van bloedvergieten kan blijven duren zonder dat er reële en onpartijdige sancties komen voor de schuldigen
  • Wanneer we dit stellen, moeten we er ons goed van bewust zijn dat ook ellende en honger producten zijn van het onaanvaardbaar structureel geweld dat onze maatschappij domineert. Die miserie voedt op zijn beurt de woede, de frustraties en het geweld.
  • In onze bijeenkomsten brengen de deelnemers belangrijke informatie aan die goed moet geverifieerd worden. We kunnen niet bouwen op geruchten die niet gecontroleerd zijn. Hoe kunnen we het conflict begrijpen dat zou bestaan tussen de verantwoordelijken van de Politie en het Nationaal Paleis? Welke autoriteit bedient zich van welke gewapende groep? Wie zijn de autoriteiten die het mogelijk maken dat leiders van een gang zich uit de voeten kunnen maken net voordat de politie aankomt? Al deze geruchten verminderen het gezag van ’s lands verantwoordelijken, omdat Justitie de waarheid niet kan brengen over geen enkel van deze geruchten. Op de duur begint men te geloven dat de onschendbaarheid van de autoriteiten voor gelijk wat kan dienen, ja zelfs om het land te vernietigen.
  • De maatschappij is vol hypocrisie… het noodzakelijke vertrouwen om een gemeenschap op te bouwen staat op een erg laag niveau… Het wantrouwen knaagt aan de sociale relaties. De autoriteiten van het moment, evenals de leiders van de oppositie schijnen mensen te zijn die er uit alle kracht naar streven om macht te bereiken of te behouden. Het is moeilijk om het vertrouwen te herstellen, binnen families, wijken en grotere gemeenschappen; gewoon wat goede wil zal niet volstaan. En nochtans is die een voorwaarde om vooruitgang te maken.
  • De Staat stort in, hij heeft gefaald… structurele problemen verlammen hem. Kijken we maar naar de sociale relaties en de grote afstand tussen arm en rijk. Een groot Staatsapparaat werd opgericht, wat veel kost, maar slecht functioneert. Er zijn geen sociale diensten voor de armen, het onderwijs is beladen met problemen, Justitie lost geen enkel dossier op, de gevangenissen zitten vol met mensen in verlengde voorlopige hechtenis, onder hen vooral jongeren uit de volkswijken. Laten we maar in stilte voorbijgaan aan de toegankelijkheid van gezondheidszorgen voor de armen: die kunnen we vergeten als er geen geld is. De bevolking ziet niet wat de Regering zou bijdragen om de situatie te verbeteren. De bevolking is ten einde krachten.
  • De frustratie van de mensen is algemeen. De autoriteiten kunnen het land niet blijven besturen enkel en alleen met beloften. Het geld mag niet uitgegeven worden zonder dat er sociale diensten tegenover staan. Belastingen mogen niet alleen op een klein gedeelte van de bevolking wegen, en zonder dat ze resultaten opbrengen. Waarom worden al die staatssalarissen betaald, wanneer diegenen die ze krijgen geen diensten en geen rendement verlenen.

Het land kan op deze weg niet verder. Elke dag is er een teveel. De gourde verliest voortdurend waarde tegenover buitenlandse munten. Men herhaalt voortdurend dat de Staat geen geld heeft, maar er worden fortuinen uitgedeeld in de volkswijken om oorlog of vrede te kopen. Wapens doen de ronde zonder enige controle vanuit de Regering. Met welke middelen schaffen de gewapende bendes zich die wapens en munitie aan? En waar vindt de Staat het geld om de gewapende groepen te onderhouden, terwijl er geen geld is om de salarissen van de leerkrachten te betalen, noch om de behoeftigen te helpen, noch om sociale dienstverlening of openbare ziekenhuizen te organiseren. Men laat uitschijnen dat er geen middelen zijn, maar dat is een grove leugen, want waar is het geld van Petrocaribe naar toe? Er moeten zonder dralen maatregelen genomen worden, want het land is ernstig ziek.

Wegen die ons belangrijk lijken

  1. De Grondwet van het land verdient een goede herziening, of men moet tot het besluit komen dat ze ernstig moet worden toegepast. CRAN heeft in de voorstellen van de Kamercommissie niets ontdekt van wat in de Grondwet toch een probleem vormt.
    • Wanneer er in het land problemen rijzen, is het toch evident dat de President zich niet buiten het gewoel houdt om alleen zijn Eerste minister met de zaak te belasten. De President moet ook zijn deel van de verantwoordelijkheid opnemen. Als oplossing denken sommigen eraan om de Eerste minister te vervangen door een Vicepresident.
    • De parlementairen zouden zich niet mogen gedragen als ontwikkelingsagenten die de gemeentelijke magistraten verhinderen hun rol te spelen. Het land verdient een goede decentralisatie die aan elke autoriteit de kans geeft om zich verantwoordelijk te voelen. Voor de vooruitgang van het land moet het Parlement zich meer op zijn wetgevende taak richten.
    • Controlemechanismen moeten gedecentraliseerd zijn en op elk niveau van de Staat aanwezig zijn. UCREF, ULCC en CSC/CA moeten kunnen bevestigen dat elke autoriteit zijn plicht vervult op zijn niveau.
    • De ministeries die verantwoordelijk zijn voor de grote bevolkingsproblemen moeten bekwamer zijn, zoals: dat van landbouw, gezondheidszorg, onderwijs en sociale zaken.
    • Benoemingen voor officiële functies moeten transparanter worden. De procedures in verband met de vereiste competenties moeten helder zijn. Alle functionarissen moeten gemotiveerd en deskundig zijn. Ze moeten werkzaam zijn zonder personen uit te sluiten.
  2. De maatschappij mag de zaak Petrocaribe en andere corruptiedossiers (zoals  CIRH, Télécom, ONA, enz.) niet onderschoffelen. We moeten tot echte processen komen, zoals  de wet ze voorschrijft. De autoriteiten moeten rekenschap afleggen; de schuldigen moeten voor justitie verschijnen. Natuurlijk mogen deze processen geen politieke afrekening worden. Maar er kan niet geaccepteerd worden dat politieke manoeuvres er zouden toe leiden dat de waarheid zou verborgen worden en de schuldigen beschermd.
    • Een grote zorg betreft de verlamming van de Justitie. Opdat Justitie correct zou kunnen functioneren, moet de actuele positie van de Regeringscommissaris in vraag gesteld worden. De Regeringscommissaris (of Openbaar Ministerie) moet uit zijn politieke rol stappen zoals die gedefinieerd wordt in artikel 240 van de Grondwet: hoe kan hij de maatschappij verdedigen als hij benoemd wordt door de Regering die hem haar politieke keuzes oplegt?
    • Ook de President moet voor Justitie verantwoording afleggen als er indicaties zouden zijn dat hij misschien betrokken is bij corrupte daden, zelfs als die zich zouden voordoen na het einde van zijn mandaat.
  3. CRAN gelooft niet dat een dialoog in het geheim kan plaats vinden, zoals nu het geval is. Daarom pleit CRAN voor een echte nationale conferentie. De intersectoriële dialoog die thans doorgaat kan geen enkele oplossing brengen voor de problemen die het land dooreenschudden.
  4. CRAN vraagt dat alle burgers van dit land, zowel mannen als vrouwen, zouden handelen met een groter gevoel voor verantwoordelijkheid:
    • De autoriteiten moeten zich verantwoordelijk weten voor al hun daden binnen het mandaat dat hen werd toegewezen.
    • De organisaties binnen de civiele maatschappij moeten zich verantwoordelijk weten, wanneer ze niet de woordvoerder zijn van de eisen van onze burgers binnen de ganse gemeenschap.
    • De autoriteiten moeten er zich van bewust zijn dat ze steeds ter verantwoording kunnen geroepen worden over hun beleid, zelfs nadat ze hun mandaat reeds beëindigd hebben. Het dossier Petro Caribe zal er het onweerlegbare bewijs van zijn.

CRAN wenst dat het jaar 2019 dat zich aankondigt, nieuwe perspectieven moge openen voor het land, zodat er meer rechtvaardigheid, harmonie en begrip kan komen tussen onze landgenoten. Moge op die manier de hoop groeien in het hart, de geest en het leven van allen.

Port-au-Prince, 26 december 2018

Ondertekenden:

  • Pierre Yoldy Clermont, TKL
  • Rateau Jn Ulrick, ASOKOPEG
  • Philomé Lucien, KLAM
  • Louicy Niclais
  • Jn Guillaume Vivianette, CRAN
  • Me Chrisnel DORSAINIL, CREE
  • P. Jan Hanssens, cicm, CONASCH, coordonnateur CRAN