Haïti: De VN geeft toestemming voor het sturen van een multinationale krijgsmacht. Een bedrieglijk ‘sprankeltje hoop’.

Auteur: Frederik Thomas; 16 oktober 2023 / Vetaling: Rhoddy Petit

Op maandag 2 oktober gaf de VN-Veiligheidsraad toestemming voor het sturen van een multinationale troepenmacht om de gewapende bendes in Haïti te bestrijden. Wat wordt voorgesteld als een gebaar van solidariteit en een bron van hoop, is vooral een halsoverkop optreden van een internationale gemeenschap die niet in staat is het falen van haar strategie te erkennen.

Het opiniestuk van Frédéric Thomas (CETRI) verscheen in La Libre Belgique.

In de eerste negen maanden van dit jaar voerden gewapende bendes minstens 3.000 moorden uit, ontvoerden 1.500 en raakten door het geweld meer dan 200.000 mensen ontheemd in Haïti. In de hoofdstad Port-au-Prince ligt de helft van de ziekenhuizen op grondgebied dat door deze bendes wordt gecontroleerd, die ook bijna 60 scholen bezetten. Daarbij komen inflatie, armoede, een falende economie en honger, die bijna een op de twee Haïtianen treft.

In deze context zou de toestemming van de VN om een “Multinational Security Support Mission” te sturen volgens de Haïtiaanse minister van Buitenlandse Zaken een “sprankeltje hoop” vormen. Toegegeven, in eerste instantie zal deze krijgsmacht, wanneer deze wordt ingezet – wellicht niet voor januari 2024 – de Haïtiaanse bevolking waarschijnlijk een adempauze bieden. Maar in welke mate en voor hoe lang? Bovenal zal deze nieuwe buitenlandse interventie – Haïti heeft er de afgelopen drie decennia verschillende meegemaakt – de wortels van het kwaad niet aanpakken, die waarschijnlijk intact tevoorschijn zullen komen, zo niet nog versterkt uit deze zoveelste internationale missie.

Een gebrekkige strategie

Het sturen van een gewapende macht wordt voorgesteld als een bewijs dat de internationale gemeenschap eindelijk haar passiviteit opgeeft en actie onderneemt, als een laatste redmiddel in het licht van een noodsituatie, wanneer “alles is uitgeprobeerd”. Maar in werkelijkheid is deze buitenlandse interventie de laatste logische stap in dezelfde strategie die al jaren wordt gevolgd door internationale instellingen – de VN, de Europese Unie, de Organisatie van Amerikaanse Staten, enz. – in één lijn met het Witte Huis.

Ten eerste, in de nasleep van de moord op voormalig president Jovenel Moïse op 7 juli 2021, was er de erkenning van een regering onder leiding van Ariel Henry, ten koste van het zogenaamde Montana-akkoord dat alle actoren van het maatschappelijk middenveld (vakbonden, boerenbewegingen, vrouwen- en jeugdorganisaties, mensenrechten-ngo’s, kerken, enz.) samenbrengt en oproept tot een transitie, die breekt met het verleden. Het was toen een onvoorwaardelijke steun voor een niet verkozen, onpopulaire regering, die er regelmatig van werd beschuldigd banden te hebben met gewapende bendes en die zonder deze internationale steun van de ene op de andere dag zou instorten. Dit was uiteindelijk de onmiddellijke positieve reactie op het verzoek om op 7 oktober 2022 een multinationale troepenmacht te sturen.

“We hebben dus niet alles uitgeprobeerd” voordat we op dit punt kwamen. Er is geen poging gedaan om te stoppen met het steunen van een corrupte Haïtiaanse regering, die garant staat voor straffeloosheid en de belangen van de oligarchie. Er is geen poging gedaan om naar Haïtiaanse sociale organisaties te luisteren en een overgang te vergemakkelijken, zoals handig werd opgemerkt in een opiniestuk dat eind juni door Belgische actoren uit het maatschappelijk middenveld werd ondertekend [1]. En deze multinationale gewapende macht bevestigt verder de weigering om het falen te erkennen van deze vanuit Washington gedicteerde strategie, de verantwoordelijkheid van de internationale gemeenschap in de huidige crisis en de weigering om een politieke verschuiving door te voeren.

Het is paradoxaal dat juist Peking ons herinnert aan een aantal zaken die duidelijk naar voor komen. China (samen met Rusland) onthield zich bij stemming in de VN-Veiligheidsraad die toestemming gaf voor de zending van de “Multinational Security Support Mission”. Het vraagt om verdere maatregelen. Het verkreeg bijvoorbeeld de verlenging van het wapenembargo, wijzend op het feit dat de meeste wapens in handen van Haïtiaanse gewapende bendes uit de Verenigde Staten kwamen. Bovenal herinnerde China eraan dat er zonder een legitieme, effectieve en verantwoordelijke regering geen duurzame oplossing zou komen in Haïti. Hij betreurde het dat dit niet het signaal was dat naar de Haïtiaanse autoriteiten werd gestuurd.

En nu?

Ten eerste om de onveiligheid te bestrijden en ten tweede om verkiezingen te organiseren? Het gebrek aan kennis van het terrein en de taal, het misbruik van geweld door Keniaanse politieagenten in hun land en het ontbreken van controlemechanismen, evenals de ervaringen van eerdere VN-missies, trekken de effectiviteit en legitimiteit van deze multinationale troepenmacht onder leiding van Kenia in twijfel. Temeer daar wordt beweerd dat het gewapende bendes bestrijdt door te vertrouwen op en versterking te verlenen aan een regering en een politiemacht die beschuldigd worden van medeplichtigheid aan diezelfde gewapende bendes. En zou het deze regering zijn die vrije en democratische verkiezingen zou organiseren waar de wil van het Haïtiaanse volk tot uitdrukking kan worden gebracht?

Zeker, je kunt bezwaar maken, maar is het niet beter om een gewapende multinationale macht te hebben dan niets? Het is precies dit soort valse dilemma’s van de internationale gemeenschap die haïtianen willen omkeren om hun waardigheid en hun dorst naar vrijheid te bevestigen. Is het niet aan hen om hun publieke instellingen en externe interventies in hun land te controleren, om hun contouren en voorwaarden te bepalen? Is dat niet wat hen wordt ontzegd door een regering te steunen die onveiligheid bevordert om haar macht te consolideren? En door elk decennium noodmaatregelen op te leggen die elke duurzame oplossing in gevaar brengen door de structurele oorzaken van geweld buiten beeld te laten: straffeloosheid, ongelijkheid en internationale voogdij?