Actueel september 2021

Haïti haalde de voorbije maanden drie keer het internationale nieuws. Een eerste keer met de moord op de facto president Jovenel Moïse en vervolgens met de zware aardbeving die vooral in het zuiden van het land zorgde voor veel doden en heel wat materiële schade. Daarenboven werd het land getroffen door tropische storm Grace die een ravage aanrichtte. De chaos in het land, mede veroorzaakt door steeds driester optredende gewapende bendes, is nog lang niet ten einde.

Op woensdag 7 juli omstreeks 1:00 uur werd de facto president Jovenel Moïse in zijn residentie in Petionville door een gewapend commando vermoord. Zijn vrouw werd bij de aanval zwaar verwond door kogels en werd overgevlogen naar Miami voor verdere verzorging.

Meerdere leden van het commando spraken Spaans. De politie arresteerde 21 verdachten waaronder 18 gepensioneerde militairen of ex militairen uit Colombia. Daarnaast werden 3 Haïtiaanse burgers gearresteerd. Drie Colombianen werden gedood en 5 zijn kunnen vluchten.

Een twintigtal Haïtiaanse politieagenten werd in isolement geplaatst. Onder hen de commissaris die verantwoordelijk was voor de veiligheid van de president en een commissaris die enkele reizen maakte naar Colombia en zich zo verdacht maakte.

Volgens de Amerikaanse nieuwszender CNN zouden er verschillende linken zijn met Florida en zou het complot minstens gedeeltelijk gesmeed zijn in de Verenigde Staten.

Maar er is veel onduidelijkheid en er zijn heel wat vragen die worden gesteld. Waar waren de politieagenten die instonden voor de veiligheid van de president? Hebben zij al dan niet gereageerd? Waarom geven de verantwoordelijken van justitie geen informatie?

De rechter die het officieel proces verbaal maakte, werd pas enkele uren na de moord door de politie toegelaten tot de plaats van het delict, terwijl hij normaal gezien onmiddellijk zou moeten kunnen starten met zijn vaststellingen.

Twee griffiers die voor de onderzoeksrechter notities maakten, ontvingen verschillende telefoontjes waarin ze met de dood werden bedreigd. Ze dienden de namen van bepaalde personen op te nemen in hun rapport en verklaringen van getuigen te wijzigen. Beide griffiers zijn ondergedoken.

Wat verder nog de wenkbrauwen doet fronsen is dat de voertuigen waarmee het moordcommando zich verplaatste allemaal in brand werden gestoken. Dit zou zogezegd gedaan zijn door boze buurtbewoners, maar zo ging ook heel wat bewijsmateriaal in vlammen op. Zal ooit duidelijk worden wat er precies is gebeurd? 

De Haïtiaanse mensenrechtenorganisatie RNDDH (Réseau National de Défense des Droits Humains) maakte bekend dat de opdrachtgevers en de uitvoerders van de moord op de medewerking konden rekenen van minstens twee commissarissen die verantwoordelijk waren voor de veiligheid van de president. Ze zouden wapens, munitie, traangas en granaten gegeven hebben aan het moordcommando. Daarnaast zouden ze de agenten die instonden voor de veiligheid van de president omgekocht hebben, zodat het commando ongehinderd kon binnendringen in de residentie van de president. Ze beschikten daarvoor over een budget van 100 000 Amerikaanse dollar volgens het rapport van de mensenrechtenorganisatie.

De RNDDH roept alle verantwoordelijken, waaronder de regeringscommissaris, de gerechtelijke politie en de rechters op om hun werk correct te doen, de wet te respecteren en op een serene manier de personen te verhoren die meer informatie kunnen verschaffen over wat er precies is gebeurd.

Artsen Zonder Grenzen sluit haar urgentiepost in de wijk Martissant

Na 15 jaar medische dienstverlening verlaat Artsen Zonder Grenzen de wijk Martissant. In deze wijk van Port-au-Prince is er zoveel terreur door gewapende bendes dat AZG niet langer in staat is om de veiligheid van haar personeel en haar patiënten te garanderen. Een medewerker van AZG werd vermoord toen hij na zijn dagtaak terugkeerde naar huis. Iedereen heeft angst om getroffen te worden door een verdwaalde kogel. Op een bepaald moment kwam het ziekenhuis van AZG zelf in de vuurlinie te liggen. AZG hoopt haar centrum herop te starten op een veiligere locatie in de hoofdstad. Ze heeft tevergeefs de gewapende bendes opgeroepen om het medisch personeel ongehinderd hun werk te laten doen, de zieken met rust te laten en respect te hebben voor het medisch materiaal.

Gewapende bendes

In Martissant hebben door het geweld tussen rivaliserende bendes meer dan 10 000 mensen de wijk verlaten. Duizenden onder hen leven momenteel in mensonwaardige omstandigheden. Van sommigen werden de huizen platgebrand en ze weten niet waar naartoe. De mensen mijden de wijken Martissant en Fontamara.

Het toenemende geweld en de vele kidnappings doen ook de prijzen voor voedsel en transport stijgen. De bendes kunnen ongehinderd hun gang gaan. Ze worden niet gehinderd door politie of gerecht. Velen gaan ervan uit dat de autoriteiten medeplichtig zijn en van de onveiligheid gebruik maken om hun eigen belangen veilig te stellen.

Gewapende bendes controleren verschillende toegangswegen tot de hoofdstad. Automobilisten vrezen voor hun leven. Regelmatig zijn er opstoppingen en files omdat rivaliserende bendes langs de weg heen en weer schieten. In veel straten zijn er barricades en is er geen doorkomen aan.

De bendes van Martissant schoten op 5 juli op een ambulance. Een verpleegster die zich in de ziekenwagen bevond, werd gedood door een kogel in het hoofd.

Op 14 juli vielen gewapende bandieten een bus aan die op weg was van Port-de-Paix naar Port-au-Prince. Zes passagiers werden door de overvallers meegenomen. Op sommige plaatsen rijden de chauffeurs plankgas uit schrik om aangevallen te worden.

Aardbeving

Op 14 augustus werd het zuiden van Haïti getroffen door een aardbeving met een kracht van 7,2 op de schaal van Richter. Daarmee was de aardbeving krachtiger dan die van 12 januari 2010. Gelukkig waren er deze keer minder slachtoffers.

Toch is het bilan zwaar. Volgens de laatste voorlopige balans van de civile bescherming overleefden 2.248 de aardbeving niet. Daarnaast waren er 12,763 gewonden. En zijn er nog 329 mensen vermist. Naar schatting 80 000 families verloren alles. Meer dan 37 000 woningen stortten volledig in en ongeveer 47 000 werden beschadigd. Scholen, hospitalen en kerken vielen in puin. Er waren ook meer dan 500 naschokken.

De getroffen families hadden behoefte aan drinkwater, tenten, zeilen en voedsel.

De hospitalen en de gezondheidscentra lagen overvol met gekwetsten. Medicijnen werden met het vliegtuig aangevoerd, want vele wegen werden zwaar beschadigd. Vooral vrijwilligers toonden hun solidariteit. Cubaanse dokters die ter plaatse waren verleenden de eerste zorgen.

Verschillende landen waaronder de Dominicaanse Republiek, Venezuela, de Verenigde Staten en Canada boden materiële en logistieke hulp. Het Amerikaanse USAID stuurde materiaal en personeel om zoveel mogelijk mensen te redden die onder het puin vast zaten. Taiwan schonk 500 000 dollar aan de Haïtiaanse regering.

Op 15 augustus bracht de facto premier Ariel Henry in het gezelschap van verschillende ministers een bezoek aan Les Cayes, de belangrijkste stad in het zuiden. Er werden vooral beloftes gedaan die nadien niet werden ingelost.

Twee weken na de aardbeving was er vooral kritiek te horen op de autoriteiten. De hulpverlening kwam heel traag op gang en ze was vaak inefficiënt. Veel getroffen gemeenten kregen slechts druppelsgewijs hulp.

Tropische storm

Alsof de ellende na de aardbeving nog niet groot genoeg was, begon het onophoudelijk te regenen in de nacht van maandag 16 tot dinsdag 17 augustus in de departementen in het zuiden en het zuidoosten. Er waren overstromingen. Meerdere families die alles verloren hadden brachten de nacht door onder de blote hemel.

Toen de tropische storm Grace zich langzaam van de kust van Haïti verwijderde, veroorzaakte de staart van de storm hevige wind die de overstromingen en grondverzakkingen nog verergerde.

In sommige dorpen werden er van elke 10 huizen, 9 vernield. De huizen die overeind bleven zijn onbewoonbaar. De roep om snel te zorgen voor zeilen, drinkbaar water en voedsel klonk luid, maar botste op een stilzwijgen van de staat.

De Haïtiaanse regering

Na de moord op de facto president, Jovenel Moïse, kwam de macht in handen van de facto eerste minister Ariel Henry. Het toeval wil dat zijn mandaat als premier begon op 7 juli. Hij kondigde een staat van beleg af van 15 dagen en eveneens een periode van nationale rouw van 15 dagen.

Ariel Henry behoort tot de partij ‘Tèt kale’ van de vermoorde president. Er valt volgens velen niet veel nieuws van te verwachten. Hij riep de politie op om te strijden tegen de gewapende bendes die terreur zaaien en een einde te maken aan de onveiligheid. Daarnaast wenst hij het vertrouwen in de staat te herstellen, te strijden tegen de corruptie en de voorwaarden te creëren om investeerders aan te trekken, die kunnen zorgen voor werkgelegenheid. Mooie woorden, maar er verandert niets.

De Core Group

De Core Group, die bestaat uit de ambassadeurs van Duitsland, Brazilië, Canada, Spanje, de Verenigde Staten, Frankrijk en de Europese Unie met de speciale vertegenwoordigers van de Organisatie van Amerikaanse Staten en van de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, wil dat er nog dit jaar verkiezingen gehouden worden.

Veel Haïtianen en organisaties die begaan zijn met Haïti vinden dit gezien de omstandigheden onhaalbaar en niet aan te bevelen. Verkiezingen in Haïti gaan meestal gepaard met geweld en in de huidige context met de nietsontziende terreur van gewapende bendes is het quasi onmogelijk om vrije, eerlijke, transparante en democratische verkiezingen te organiseren.

Het is koffiedik kijken, maar als er toch een stembusgang zou plaatsvinden, gaat de partij ‘Tèt Kale’ zichzelf waarschijnlijk uitroepen als winnaar en gaat het huidige ‘non-beleid’ verdergezet worden.

Achter de schermen wordt naar een weg uit de impasse gezocht door welwillende mensen uit het middenveld en de politiek. Op 30 augustus werd een akkoord getekend door een 40-tal politieke partijen en 300 organisaties uit het middenveld om een Haïtiaanse oplossing na te streven. Er zijn niet zoveel alternatieven wil men tot een interne regeling komen. Opnieuw blauwhelmen naar Haïti sturen om de orde te herstellen en stabiliteit te creëren? Uit het recente verleden is gebleken dat zo’n missie van de Verenigde Naties tot weinig leidt.  

Toch is het noodzakelijk dat Haïti op de een of andere manier uit de huidige crisis geraakt en er verandering komt. Het volk snakt ernaar!