Studiedag over de tweetaligheid Creools-Frans in Haïti

Bron: http://lyonhaitipartenariats.org/wp-content/uploads/2019/05/Actes-journ%C3%A9e-bilinguisme-20190530.pdf

Vertaling: Guy Clymans

Het Collectif Haïti de France vormt een platform van organisaties en individuen die in Haïti actief zijn of geïnteresseerd zijn in de ontwikkelingssamenwerking daar. Op 16 februari 2019 werd een studiedag gehouden over de tweetaligheid Creools – Frans in Haïti. Het CHF is van plan eind 2020 enkele concrete voorstellen te doen aan het Ministerie van Onderwijs. Enkele specialisten werden uitgenodigd op de studiedag om hun bevindingen te delen met de deelnemers.

Het recht op de moedertaal

Robert Berrouët-Oriol zette zijn visie op de taalrechten uiteen en verwees daarbij o.a. naar de Universele Verklaring van Taalrechten in Barcelona in 1996.

In Haïti zouden de taalrechten het gebruik van het Creools en het Frans moeten regelen. De grondwet van 1987 erkent twee officiële talen: het Creools en het Frans. Dit was de eerste maal in de geschiedenis dat het Creools die erkenning kreeg. De Onafhankelijksverklaring van 1804 werd geschreven in het Frans. De onafhankelijkheid veranderde niets aan de dominante positie van het Frans in de overheidsdiensten en het onderwijs. De grondwet van 1918 erkende het Frans als enige officiële taal.

Het volstaat niet dat het Creools wordt erkend als officiële taal. Er dient een wetgeving over het taalgebruik te worden opgesteld. De Haïtiaan moet de mogelijkheid hebben in alle omstandigheden zijn moedertaal te gebruiken: in de overheidsdiensten, in de rechtbank, in de bank, in het onderwijs. De twee officiële talen dienen gelijkwaardig te worden behandeld.

De promotie van het Creools dient niet ten koste te gaan van het Frans. De Haïtiaan heeft ook het recht de andere officiële taal te verwerven. Het Frans maakt immers deel uit van het nationale culturele patrimonium.

De specialisten zijn het erover eens dat het onderwijs tijdens de eerste leerjaren de beste resultaten oplevert, indien het gebeurt in de moedertaal. De Hervorming van Bernard van 1979 introduceerde het Creools als onderwijstaal en onderwezen taal. Het beoogde resultaat bleef uit, ook na de hervormingen van 1997-1998 en 2007. De kennisoverdracht blijft gewoonlijk gebeuren in het Frans. Maar het onderwijs van het Frans als tweede taal blijft ontoereikend, zodat vele leerlingen op het einde van de middelbare school noch in het Frans, noch in het Creools over een voldoende schriftelijke of mondelinge taalvaardigheid beschikken.

Het Ministerie van Onderwijs controleert slechts een klein deel, ongeveer 20 % van het onderwijssysteem. Het onderwijssysteem is een systeem met verschillende snelheden. Naast de staatsscholen zijn er de privé-scholen, de katholieke en protestantse scholen, de gemeentescholen, ,.. De staat zal met de privésector moeten onderhandelen over de veralgemening van het gebruik van het Creools als gelijkwaardig aan het gebruik van het Frans.

Het huidige onderwijs worstelt met de onderkwalificatie van de leerkrachten en sinds 1970 de grote differentiatie van de schoolbevolking. Vóór 1957 en tot halfweg de zeventiger jaren richtten de scholen zich vooral tot de tweetalige en welstellende bevolkingslagen van de hoofdstad en de grote steden. Onder de dictatuur van de Duvaliers greep vanaf 1964 een migratie plaats vanuit het platteland. De komst van deze Creoolssprekende massa stelde andere eisen aan het onderwijs, terwijl er een exodus plaatshad van intellectuelen naar het buitenland. Het onderwijs heeft zich nooit van deze aderlating hersteld. De pijnpunten in het onderwijs blijven de vorming van de leerkrachten en de beschikbaarheid van aangepast didactisch materiaal.

Het Creools als volwaardige taal

Het statuut van het Creools als volwaardige taal wordt vaak in vraag gesteld Nochtans is het Creools een volwaardige taal met zijn eigen syntaxis. Het Creools heeft zijn eigen fonologisch systeem, vastgelegd in het officiële alfabet van 1980.

Het Creoolse alfabet 1980

Het Creoolse alfabet kent geen u-klank, zoals in het Franse “mur”.

Vele Creoolstaligen hebben moeite met de uitspraak van de “u” in het Frans. Omgekeerd kunnen Haïtiaanse intellectuelen niet nalaten het Franse voegwoord “que” en voorzetsel “de”, te gebruiken in het Creools, wat volgens de taalpuristen niet kan. De Creoolstalige gaat ervan uit dat de betekenis van de zin duidelijk is zonder overbodige hulpmiddelen.

Niets nieuws onder de zon. Al in het Oude Testament wordt vermeld dat 42.000 Ephraimieten door hun vijanden de Guileadieten werden omgebracht omdat de eersten het woord “schibboleth” niet correct konden uitspreken. In 1937 werden ongeveer 30.000 Haïtianen vermoord door de soldaten van Trujillo omdat zij het woord “perejil” niet konden uitspreken. (Tijdens de Brugse Metten in 1302 werden de Fransen op de proef gesteld met “Schild en vriend”).

Het Creools heeft veel vooruitgang geboekt in de media. Doch vele sprekers switchen voortdurend van het Creools naar het Frans en omgekeerd. Dit is een probleem voor toehoorders die enkel het Creools machtig zijn.

De beperkingen van het Creools zijn niet te wijten aan zijn eigenschappen, maar aan het taalgebruik. De taal mag niet enkel gebruikt worden als communicatiemiddel, maar dient ook voor de verwerving en verspreiding van kennis in alle domeinen. Weinig werken worden gepubliceerd in het Creools en buitenlandse werken zijn haast nooit beschikbaar in het Creools. De meeste Haïtianen lezen vertalingen naar het Frans of Engels.

Frantz Gourdet, voorzitter van de organisatie LEVE, is van oordeel dat er 1650 boeken, vooral gericht op het (hoger en technisch) onderwijs moeten worden vertaald op 10 jaar tijd. LEVE biedt, in samenwerking met de Faculteit van Toegepaste Taalkunde van Port-au-Prince, een opleiding aan in de vertaaltechniek. De beoogde vertalingen dragen bij tot de verrijking van het Creools.

Taalonderwijs op school

De toepassing van de inzichten van taalkundigen stuit soms op verzet uit onverwachte hoek. Vele ouders gaat niet akkoord met het gebruik van het Creools op school. Zij zien het Frans als een kans op sociale promotie. Dat de taalbeheersing van het Creools de verwerving van het Frans of een andere taal bevorderd, is voor velen onbegrijpelijk.

Het is een feit dat nieuwe kennis best wordt aangeleerd in de moedertaal, de taal die al verworven is op de eerste schooldag. De didactiek van het Frans is in de scholen meestal gebaseerd op de didactiek van het Frans als moedertaal. Dit klopt niet. Slechts weinig kinderen in Haïti worden thuis opgevoed in het Frans. De didactiek van het Frans moet dus aanleunen bij het onderwijs van het Frans als tweede taal, dus bij de de didactiek van het onderwijs in vreemde talen. Hierbij is het belangrijk dat men zich niet beperkt tot het leren van grammatica en woordenschat zoals in de traditionele methode, maar dat de taal wordt aangeleerd in een context.

Volgens Claude Calixte, directeur van de school Livre Ouvert, volgt zijn school de Hervorming Bernard en kiest in het talenonderwijs voor een gemengde of convergente benadering, gezien de nauwe verwantschap tussen het Creools en het Frans.

Tweetaligheid veronderstelt de beheersing van twee (gelijkwaardige) talen. Sommigen beschouwen het taalgebruik in Haïti als diglossie: twee genetisch verwante variëteiten van een taal waarvan de ene als hoge variëteit wordt ervaren en de andere als lage variëteit. Deze houding doet afbreuk aan het Creools als volwaardige taal.